concept
Perspectieventekst
Dit is het conceptperspectieventekst zoals is gepubliceerd in Intern Bulletin 12 en is voorgelegd aan het congres. De op het congres geamendeerde en vastgestelde versie is hier te vinden.
Inleiding
De Socialisten bestaat een jaar. Op 22 september hielden we onze eerste conferentie waarin we een koersdocument aannamen en de de voorwaarden voor onze partij-in-oprichting: Tien functionerende afdelingen met volwaardig bestuur, aanwezigheid in sociale bewegingen waaronder de vakbeweging, een volwaardig programma en statuten. Op de conferentie van 13 mei hebben we onze statuten vastgelegd, een discussie gevoerd over het programma, en het eerste deel van het programma aangenomen: het maximumprogramma.
Op deze conferentie is ook een programmacommissie gekozen van 14 personen die nu druk bezig zijn om de discussie over het programma voor te bereiden.
Op 12 augustus hebben we op de kaderdag een eerste versie van de perspectieventekst besproken. De belangrijkste lessen die we uit de discussie op deze kaderdag hebben getrokken is dat we ons moeten focussen op een aantal politieke prioriteiten, een wat andere kijk op onze interventie in de verschillende sociale bewegingen en de noodzaak om de stand van de organisatie zelf, zowel landelijk, op netwerkniveau als lokaal met elkaar bediscussieren.
Op de conferentie van 13 mei wisten we geen volwaardig partijbestuur te kiezen. Door het daarna ook nog eens wegvallen van twee bestuursleden vinden we onze basis te smal geworden om daadwerkelijk goed politiek leiding te kunnen geven aan de organisatie. Daarom hebben we een extra congres uitgeschreven voor januari 2024 om te komen tot een volwaardig partijbestuur, maar ook om onze activiteiten/werkwijze te kunnen bespreken en daarmee handvatten te bieden voor de afdelingen en netwerken.
Met deze perspectieventekst starten we deze discussie voor het extra congres in januari. Tegelijk is deze perspectieventekst een levend document. Aan de ene kant omdat we beseffen dat we als partijbestuur van slechts 4 personen ook onze ervaringen en kennis per definitie beperkt is, we hopen dus ook erg dat de leden meedenken om de tekst die op het congres voorligt aangescherpt te krijgen, aan de andere kant is het een levend document omdat we niet van plan zijn om tot het congres stil te blijven zitten en initiatieven in gang te zetten waarvan we de ervaringen daarmee ook op het congres kunnen bespreken.
De organisatie
De Socialisten bestaat op dit moment uit afdelingen in Amsterdam, Rotterdam, Den Haag, Utrecht, West-Brabant, Eindhoven, Wageningen, Arnhem, Nijmegen, Overijssel en Noord, netwerken op het gebied van wonen, klimaat, internationale solidariteit, feminisme-socialisme en een op te richten netwerk vakbeweging, een programmacommissie en een partijbestuur. Naast de Socialisten is er de jongerenorganisatie ROOD, met haar eigen lokale en landelijke structuren. Dit is van belang te vermelden omdat ruim de helft van de leden van de Socialisten jonger is dan 30 jaar en we consequent bij al onze keuzes rekening moeten houden met de gevolgen voor ROOD van onze keuzes. De ontwikkeling van ROOD is, op middellange termijn, essentieel voor de ontwikkeling van de Socialisten.
De afdelingen
Er is een groot verschil tussen de samenstelling en ontwikkeling van de verschillende afdelingen. Op verschillend terrein nemen afdelingen initiatieven, zoals Noord met betrekking tot Internationale solidariteit met Venezuela, Rotterdam met activiteiten rond een brug en de woonbeweging, Utrecht met een muurkrant, een cultuurlokatie en OV-actie, Arnhem mbt fascisme en andere lokale activiteiten. Daarnaast is er ook behoefte aan handvatten om tot activiteiten over te gaan. De discussie over onze perspectieven heeft juist als doel deze handvatten te bieden. Niet alle afdelingen hebben een volwaardig bestuur. De verbinding tussen afdelingen en landelijk moet verbeteren. Het gebrek aan verbinding heeft ook te maken met de zwakte van de landelijke organisatie.
Activiteiten:
- Eens per 9 weken organiseren we een landelijke kaderdag, waarbij we ervaringen kunnen uitwisselen
- Eens per 9 weken vragen we aan de afdelingen een verslag te doen over hun activiteiten/vragen/discussiepunten.
- Het intern bulletin krijgt een reguliere verschijningsvorm met een harde deadline waarin elk lid haar ideeën rond de ontwikkeling van de organisatie of politiek in het algemeen ter discussie kan brengen.
Landelijk
Op landelijk niveau zijn momenteel de volgende gremia actief: het partijbestuur, de netwerken en de programmacommissie. Daarnaast zijn er ook activiteiten noodzakelijk waarvoor we kameraden moeten vragen om hun verantwoordelijkheid op zich te nemen, zoals rond onze externe uitingen, de website en de sociale media, en met betrekking tot scholing.
Partijbestuur
Het partijbestuur bestaat uit te weinig personen. Dit is niet alleen problematisch met betrekking tot de noodzakelijke organisatorische functies, maar ook qua denkkracht die verwacht kan worden van een groep van 4 personen.
Activiteiten:
- Het partijbestuur concentreert zich op haar primaire taken: ledenadministratie, organisatie kaderbijeenkomsten, publicatie intern bulletin
- Het partijbestuur neemt initiatieven om nieuwe activiteiten verder vorm te geven, voor zover andere leden zich hiervoor opgeven
Netwerken
De netwerken functioneren niet optimaal. Noodzakelijk is dat vanuit de verschillende afdelingen mensen zijn aangesloten bij de netwerken vanuit hun politieke activiteit. We concentreren ons in eerste instantie op de opleving van de netwerken op de prioriteiten die we willen stellen met betrekking tot sociale bewegingen: Wonen, Klimaat en Vakbeweging.
Activiteiten:
- We roepen mensen op om zich aan te sluiten bij de verschillende netwerken.
- We verlagen de drempel voor toetreding tot de WhatsApp groepen van de netwerken via communicatie naar de leden.
Programmacommissie
Is gekozen op de conferentie. De programmacommissie doet haar werk, stimuleert de afdelingen om de programmadiscussie te voeren en organiseert landelijke bijeenkomsten. Na verschillende discussieronden komt ze in januari met haar voorstel voor het congres van mei 2024.
Externe uitingen
Voor een levendige organisatie is een goed onderhouden website, waarbij onze activiteiten frequent worden weergegeven. Dit geldt ook voor onze sociale media. Het belangrijkste dat daarbij nodig is, is een redactie die deze activiteiten kan coördineren. Mensen kan vragen dingen te schrijven, en indien nodig eindredactie te plegen.
Scholing
Binnen verschillende afdelingen zijn er leesgroepen.Daarnaast is de programmadiscussie natuurlijk één goot scholingsproject. Toch zou het goed zijn als we de scholingen, naast theoretische, ook praktische scholing beter coördineren. Een landelijke scholingscommissie zou hier een rol in kunnen vervullen.
Sociale bewegingen
In deze perspectieventekst beperken we ons uitdrukkelijk tot een drietal sociale bewegingen, de vakbeweging, de klimaatbeweging en de woonbeweging, die we de komende periode als de Socialisten willen helpen opbouwen. We geven daarmee de handvatten waarmee we hopen dat zo veel mogelijk afdelingen in deze drie sociale bewegingen hun ervaringen opdoen en waarmee we in de toekomst deze ervaringen kunnen evalueren en verder zetten. Dit betekent niet dat we op andere vlakken niet actief willen of zullen zijn, en zeker de afdelingen zullen ook lokale onderwerpen op zich kunnen pakken, maar met een beperkte landelijke leiding prioriteren we ons tot deze drie sociale bewegingen. Initiatieven rond de (her)opbouw van de netwerken internationale solidariteit en femsoc zullen we zeker toejuichen, maar worden in deze perspectieventekst niet verder uitgewerkt.
Ons ideaalbeeld van sociale bewegingen
In het koersdocument spreken we ons uit dat we als de Socialisten de opbouw van sociale bewegingen als onze centrale taak te zien. In de verschillende sociale bewegingen is een veelheid aan organisaties, verenigingen en comités actief. Elk met haar eigen sterke punten en tekortkomingen. Om tot een goede analyse te komen is het nuttig dat we ons ideaalbeeld van sociale bewegingen voor onszelf definiëren zodat we bij onze activiteiten binnen deze organisaties kunnen aangeven waar de verbeterpunten zitten.
Wat betreft het ideaalbeeld van sociale bewegingen zijn een drietal termen van belang: gericht op massaorganisatie, gericht op zelforganisatie en democratie en klassenonafhankelijkheid. Deze drie dingen zijn met elkaar verbonden.
Gericht op massaorganisatie
Dit lijkt een open deur. Toch zijn er vele organisaties waar mensen zich niet daadwerkelijk kunnen engageren in een beweging, maar alleen supporter of donateur kunnen zijn. Ons ideaal van bewegingen is dat elke drempel voor mensen om actief te zijn wordt gesloopt.
Gericht op zelforganisatie en democratie
Ons ideaal is dat een ieder die in een sociale beweging actief wil zijn dit kan zijn en op democratische wijze de koers van de organisatie kan bepalen. In verschillende organisaties is er een laag van (betaalde) functionarissen. Het behoud van hun positie mag geen invloed hebben op de keuzes die een beweging maakt. De koers van een beweging moet bepaald worden door hen die in de beweging actief zijn, niet door deze laag van functionarissen.
Klassenonafhankelijkheid
Ons ideaal is dat organisaties zelf kunnen bepalen waarmee ze bezig zijn en daarbij niet hun oren laten hangen naar belangen die haar hierin beperken. Dat betekent vooral op financieel vlak dat hun belangrijkste inkomstenbron de structurele inkomsten van de mensen die in deze organisatie actief zijn moet zijn. Structurele subsidies vanuit de staat of filantropische fondsen vanuit het kapitaal moeten tot een minimum beperkt worden omdat deze de organisatie afhankelijk maken van de staat en de belangen van het kapitaal. Hiermee wordt het democratisch proces binnen de bewegingen ondermijnt.
Centrale staat voor ons het opbouwen van bewegingen
Ondanks al onze kritiek is het van het grootste belang dat we de bewegingen, ondanks hun tekortkomingen opbouwen. Onze kritiek krijgt vooral weerklank als we gezien worden als de beste bouwers. Kritiek is belangrijk maar zeker niet onze belangrijkste activiteit. Onze belangrijkste activiteit is inhoudelijk. Deel-successen zijn daarbij enthousiasmerend.
Klimaatbeweging
Aandacht voor milieuvervuiling en natuurverloedering bestaat reeds lang, maar die aandacht werd vroeger vaak gezien als een elitaire hobby, alleen geschikt voor bevoorrechte groepen en non-conformisten die zich de luxe konden veroorloven om daar geld, tijd en energie in te steken. Daardoor stond milieustrijd vaak los van de arbeidersstrijd en werden milieuproblemen te weinig in verband gebracht met het kapitalisme en diens eeuwige streven naar winstmaximalisatie.
Sinds een halve eeuw is het voor velen duidelijk geworden dat die wenselijke groei in hoge mate ten koste kan gaan van een schone bodem, schone lucht, schoon water, een leefbare woonomgeving, een goede gezondheid, een aardbevingsvrij leef-oppervlak en een stabiel klimaat. Door groeiend bewijs en bewustzijn over klimaatverandering en haar effecten werd klimaat- en milieustrijd steeds meer onderdeel van de antikapitalistische strijd.
Milieudefensie
Milieudefensie is van oorsprong een ledenorganisatie, een vereniging. Maar heeft de laatste decennia weinig meer aan haar verenigingsopbouw gedaan. Daardoor zijn er weinig lokale afdelingen waar mensen actief kunnen worden. Leden worden meer als donateur gezien. Ook zijn ze financieel steeds meer afhankelijk van filantropische stichtingen. Hoewel ze formeel nog een vereniging zijn staan ze ver af van wat we hierboven als ideaalbeeld hebben beschreven. Vooral wat betreft zelforganisatie, democratie en klassenonafhankelijkheid zijn interventies noodzakelijk.
Extinction Rebellion
Extinction Rebellion (XR) gedraagt zich tegenwoordig als het meest spontaan en activistisch. Die nieuw opgekomen groep wijst op de noodzaak en urgentie van snelle veranderingen en organiseert daarvoor aandachttrekkende wegblokkades en sympathiserende solidariteitsgroepen. Wij verwerpen sabotageacties niet, noch illegale acties in het algemeen.
Door het racistische reactionaire politieapparaat zijn acties waarbij gearresteerd worden als middel gebruikt wordt wel minder toegankelijk voor mensen van kleur en andere zichtbare minderheidsgroepen. Daarom is de vraag of dergelijke acties de meest effectieve manier zijn om een massabeweging op te bouwen. Onder andere om die reden zijn we toch voorzichtig kritisch op XR. Ze baseren zich op minderheidspolitiek en formele structuren zijn niet aanwezig. Ook gaan de eisen van XR niet verder dan de huidige kapitalistische staat te dwingen om “eerlijk te zijn”, “te doen wat nodig is” en een ondemocratisch ‘burgerberaad’ op te richten.
Desondanks zijn XR en soortgelijke actiegroepen succesvol geweest in aandacht vragen voor het klimaatprobleem. Daarom kan het nuttig zijn om samen te werken met XR. We kunnen we leden van XR in verbinding brengen met duurzamere organisaties als milieudefensie en het klimaatnetwerk van de FNV. Bovendien geeft deelname aan hun frequente acties ons de kans om gezamenlijke actie-ervaring op te doen. Voor de afdelingen kan dit helpen bij het binden van leden. Daarnaast zullen ‘rebellen’ die meer politieke diepgang zoeken, ontvankelijk zijn voor onze klassenbewuste politiek.
De huidige omstandigheden van extreme groei van het XR kader bieden ook kansen voor hervorming van de organisatiestructuren. Veel lokale groepen zullen moeten nadenken over hoe ze zich structureren aangezien de aangeboden structuur van XR geen oplossing biedt. Er is een discussie op gang gekomen over welke structuren dan wél uitkomst bieden. Daar kunnen wij een waardevolle bijdrage aan leveren door te pleiten voor een structuur met democratische vertegenwoordiging en besluitvorming in de plaats van veredelde consensusdemocratie en landelijke besluitvorming o.b.v. connectie met de juiste personen.
OV-protest
Door ROOD is eind augustus het initiatief genomen onder de noemer OV-protest. Momenteel wordt gekeken of en hoe dit vanuit Klimaatnetwerk FNV, de subsectoren Steek en Spoor van de sector FNV Vervoer en de subsector stadsvervoer van de sector FNV Overheid samen met de campagne vanuit De Goede Zaak een beweging kan worden opgezet die actief is rond een concreet alternatief in de Klimaatstrijd.
Activiteiten
- We streven bij onze interventies om ons ideaalbeeld van sociale bewegingen dichterbij te brengen. Klassenonafhankelijk (juist ook financieel), gericht op zelforganisatie, democratische structuren en gericht op het opbouwen van een massaorganisatie zijn hierbij kernwoorden. Op grond van onze ervaringen bespreken we permanent de mogelijkheden in de verschilelnde organisaties.
- Waar mogelijk werken we met XR om onze bekendheid binnen de organisatie te vergroten en het klassenbewustzijn van de ‘rebellen’ te bevorderen. Bovendien maken we gebruik van de mogelijkheid om gedeelde actie-ervaring op te doen. Dit kunnen we bereiken door o.a.:
- Aan te sluiten bij acties wanneer de doelen ervan in lijn zijn met onze politiek.
- Scholingen te faciliteren op het gebied van klimaat, kapitalisme en klassenstrijd. ‘Demand 0’ is hier een voorbeeld van.
- Binnen lokale groepen bij te dragen aan de discussie over democratisering.
- Het (helpen) opzetten van gezamenlijke acties met organisaties zoals Milieudefensie, klimaatnetwerk en de Socialisten.
- Wanneer wij actief zijn in de klimaatbeweging komen we op voor klimaatrechtvaardigheid, die voorkomt dat mensen met lage inkomens en nauwelijks invloed op overheid en economie de zwaarste lasten gaan dragen bij de noodzakelijke overgang naar een schoner milieu.
Vakbeweging
Ongeveer een anderhalf miljoen mensen in Nederland zijn lid van een vakbond, waarvan de FNV met bijna 1.000.000 leden de belangrijkste is. Van deze leden zijn ruim 20.000 op één of andere manier actief lid, als OR-lid, in een bedrijfskadergroep, bij FNV lokaal, als consulent, of bij één van de organen van de FNV zoals het ledenparlement, sectorraden, etc. Ook verschillende leden van de Socialisten zijn lid van het ledenparlement, van sectorraden, als OR-lid, of op een andere manier betrokken bij de vakbeweging. Het werk als kaderlid is vaak geatomiseerd, je bent op jezelf teruggeworpen, en veel mensen die best een bijdrage zouden willen leveren aan de opbouw van de vakbeweging weten niet wat ze zouden kunnen doen, omdat er in hun sector geen bestaande bedrijfsledengroepen zijn.
- De belangrijkste bijdrage die we als Socialisten kunnen geven is het organiseren van solidariteit. Door aanwezig te zijn bij (stakings)acties en in contact te komen met de leidende leden. Daar kunnen alle leden van de Socialisten een bijdrage aan leveren. Ook als ze in hun eigen sector nog niet veel kunnen doen. Door het contact met kaderleden uit verschillende sectoren kun je hen ook met elkaar in contact brengen; dit is niet vanzelfsprekend en wordt ook niet actief binnen de FNV georganiseerd. Acties zijn helaas vaak pas op zeer korte termijn bekend, daarom is het van belang dat we de informatiestroom kunnen stroomlijnen.
- Daarnaast heeft de vakbeweging vanuit haar omvang, maar ook omdat vakbondswerk niet alleen over loon en arbeidsomstandigheden gaat, een natuurlijke binding met andere sociale bewegingen. Denk hierbij aan de vrouwenbeweging, de LHBTIQ+ beweging, de klimaatbeweging en de beweging voor migrantenrechten. De belangrijkste uitdaging is het inbedden van deze thema’s in het reguliere vakbondswerk. Dat bijvoorbeeld een eis rond transitieverlof een harde eis wordt bij Cao-onderhandelingen, dat FNV Domestic Workers (die deels uit ongedocumenteerden bestaat) zich ondersteund voelt door deelname van FNV-ers bij voor hen belangrijke mobilisaties. Ook voor het sinds kort ontstane Klimaatnetwerk binnen de FNV is inbedding essentieel. Voor zover het in onze mogelijkheden ligt zullen we het leggen van contacten met bedrijfsledengroepen (en daarbinnen die kaderleden die zich met duurzaamheid bezig houden) aanmoedigen.
- Lang niet iedereen die voor een inkomen afhankelijk is van de verkoop van zijn/haar arbeid heeft zich al georganiseerd in de belangenstrijd. In de publieke sector is de organisatiegraad hoger dan bij private bedrijven. Ongeorganiseerden zijn vaak afwachtend, maar wel aanspreekbaar als eenmaal een openlijke strijd is ontstaan. Soms komen ze buiten de bestaande vakbeweging om in conflict met ondernemers. Dan ontstaan waardevolle initiatieven, die zelf het idee hebben dat ze hun werk het beste kunnen blijven doen buiten de bestaande vakbeweging om. In de loop der tijd heeft dat geleid tot kleine strijdbare categorale en/of radicale bondjes, maar soms hebben die onvoldoende richtinggevoel. Dan lopen ze na verloop van tijd uit in clubs die denken zelfstandig Cao’s te kunnen afsluiten, waardoor ze de strijdbaarheid en solidariteit van de vakbeweging als geheel hinderen. In het ergste geval worden ze door werkgevers misbruikt als ‘gele’ bonden, die genoegen nemen met minder toegevingen door de werkgevers dan een verenigde vakbeweging had kunnen afdwingen. Het is uit een oogpunt van solidariteit en eenheid in de strijd van belang dat de vakbeweging niet arrogant alles buiten haar eigen controle van zich afstoot maar juist het contact met ongeorganiseerden, nog niet georganiseerden en tijdelijk buitenom georganiseerden open houdt.
- Strijd vindt vooral plaats in de sectoren, rond CAO-strijd,dit zijn ook de momenten waarbij we meehelpen aan het versterken van de organisatiegraad. Naast de inzet rond automatische prijscompensatie en een inhaalslag rond achtergebleven lonen en een algemene verhoging van de laagste loonschalen is terugdringing van flexibele arbeid belangrijk. Daarnaast is een algemene campagne voor een verbetering en het permanent maken van de Regeling Vervroegd Uittreden van groot belang in veel sectoren.
- Ten slotte Solidariteit, het webzine voor een strijdbare vakbeweging. Er zit enorm veel ervaring bij deze groep mensen. Het zou goed zijn als deze ervaring kan worden overgedragen op een nieuwste lichting vakbondsactivisten, en dat we op termijn ook bijdragen kunnen schrijven op grond van onze ervaringen.
Activiteiten
- Huidige Whatsapp-groep Vakbondswerking van Socialisten Utrecht bouwen we om tot Netwerk Socialisme & Vakbeweging. Het netwerk heeft de opdracht om onze interventie binnen de vakbeweging verder vorm te geven met name rond het bevorderen van democratie en zelforganisatie.
- We produceren een algemene flyer waarin we het belang van het organiseren van solidariteit tussen de verschillende groepen die in actie komen duidelijk maken en de rol die de Socialisten daarin willen spelen. Hierdoor hebben kameraden iets in handen als ze naar een vakbondsactie gaan. (Bij grotere mobilisaties die langer bekend zijn en waarbij we massaler mobiliseren kunnen ook specifieke flyers worden geproduceerd)
- We moedigen aansluiting bij klimaatnetwerk FNV aan en focussen daarbinnen op verbanden met reguliere bedrijfsledengroepen.
Woonbeweging
In de woonstrijd gaat het vooral om huurhoogte, (achterstallig) onderhoud, woonkwaliteit, de omvang van de sociale huursector en de zeggenschap van huurders over hun woningen. Vooral op momenten van groot onderhoud, grootschalige renovatie, wangedrag van private huisjesmelkers, huurverhogingen, gezamenlijk ervaren milieuoverlast, energietransitie (waaronder afsluiting van de gastoevoer en plaatsing van zonnepanelen of warmtepompen), of sloop en vervangende nieuwbouw ontstaan gezamenlijke protesten, huurdersverenigingen en andere bewonersinitiatieven. Daarnaast bestaan er soms door gemeenten en/of woningcorporaties gefaciliteerde bewonersorganisaties voor woonwijken of inspraakgroepen voor wooncomplexen.
Woonbond
In afwijking van de situatie in de vakbeweging is er bij de woonbeweging niet echt één organisatie waarbij mensen zich duurzaam kunnen organiseren. Ten eerste is er de Woonbond als landelijke koepel voor praktische ondersteuning, die zich momenteel vooral richt op haar ANWB-functie, het leveren van juridische en bouwkundige kennis aan individuen en groepen die daarom vragen, het informeren van media en overheden over actuele problemen en het deelnemen aan overlegtafels.
Bond Precaire woonvormen
Meer in een strijdpositie verkeert de Bond Precaire Woonvormen, die zich gezien de naam richt op een specifieke groep slachtoffers van onbetaalbaarheid, verwaarlozing en woningnood. Zij streeft daarbij niet naar de vorming van een massabeweging.
Overig
Daarnaast zijn er campagnes als Wij Weigeren De Huurverhoging en mobilisatiegroepen als Woonprotest, waarvan in verschillende delen van het land ook lokale groepen bestaan.
Activiteiten
- We moedigen aan dat de versnipperde woonbeweging net als de vakbeweging kan gaan functioneren met een gezamenlijk overleg, een gezamenlijke coördinatie in de strijd en een duurzame democratische betrokkenheid van onder op.
Ons doel is om te komen tot huurdersorganisaties in buurten en wijken. Huurdersorganisaties die huurders in eerste instantie organiseren om zaken als huurverhogingen, renovaties en onderhoud te beïnvloeden maar uiteindelijk ook de machtsvraag binnen corporaties kunnen stellen.