Deze wijzigingsvoorstellen zijn van toepassing op de statuten zoals op de tweede conferentie zijn aangenomen.

Wijzigingsvoorstel 1

Ingediend door: het bestuur

Artikel 3 lid 2

De tekst:

“2. Een voorafgaand congres kan besluiten het voortbestaan met maximaal dezelfde periode te verlengen, en telkens opnieuw de verlenging te herhalen.”

Schrappen

en de daaropvolgende leden hernummeren.

Toelichting:

Dit is overbodig, omdat in 3.1 al is bepaald dat de vereniging is aangegaan voor onbepaalde tijd. Er is dus geen maximale periode die telkens verlengd hoeft te worden.

Wijzigingsvoorstel 2

Ingediend door: het bestuur

Artikel 6 lid 3

De tekst:

“Het afdelingsbestuur is bevoegd een lid van haar afdeling te schorsen indien het lid:”

Wijzigen in:

“Het afdelingsbestuur en de afdelingsvergadering zijn bevoegd een lid van hun afdeling te schorsen indien het lid:”

Toelichting:

Op dit moment mag alleen het afdelingsbestuur een lid schorsen, maar de afdelingsvergadering niet. Dat is vreemd, omdat de ledenvergadering het hoogste orgaan van de afdeling dient te zijn. Deze dient daarom minstens dezelfde rechten te hebben. Daarnaast leidt dit tot onhandige situaties wanneer er geen volwaardig afdelingsbestuur is, maar er wel een lid geschorst dient te worden. In dat geval moet het mogelijk zijn om terug te kunnen vallen op de afdelingsvergadering.

Wijzigingsvoorstel 3

Ingediend door: het bestuur

Artikel 6

Toevoegen:

“4. Het partijbestuur en de partijraad zijn bevoegd een lid te schorsen om de in artikel 6 lid 3 sub a en b genoemde redenen.”

En hernummering van de overige leden.

Toelichting:

Op dit moment mag het partijbestuur wel een lid royeren (6.6.d), maar niet schorsen. Maar een afdelingsbestuur mag dit wel (6.3). Dat is nogal een gekke situatie. Elk hoger orgaan dient een lid te kunnen schorsen, al is het maar omdat dit een lichtere sanctie betreft dan een royement, en omdat deze organen wel al over het beroep tegen de schorsing kunnen beslissen.

Wijzigingsvoorstel 4

Ingediend door: het bestuur

Artikel 6, lid 6, losse tekst.

De tekst:

“De betrokkene heeft het recht in beroep te gaan bij de partijraad.”

Schrappen.

Toelichting:

Overbodig, staat al in artikel 19. Het is beter om alle beroepsmogelijkheden te bundelen in artikel 19.

Wijzigingsvoorstel 5

Ingediend door: het bestuur

Artikel 6, lid 7.

De tekst:

“7. De wijze van toelating en het beroep tegen niet-toelating, het tijdstip van het einde van het lidmaatschap, de wijze van opzegging, schorsing als lid, de gevolgen van een en ander alsmede het beroep daartegen, kunnen bij huishoudelijk reglement worden geregeld.”

Wijzigen in

“7. De wijze van toelating en het beroep tegen niet-toelating, het tijdstip van het einde van het lidmaatschap, de wijze van opzegging, schorsing als lid, royement, de gevolgen van een en ander alsmede het beroep daartegen, kunnen bij huishoudelijk reglement worden geregeld.”

Toelichting:

De situatie van een royement ontbrak in deze opsomming.

Wijzigingsvoorstel 6

Ingediend door: het bestuur

Artikel 8 lid 4 sub c

De tekst:

“c. De ledenvergadering komt ten minste eenmaal per jaar bijeen en voorts zo dikwijls als het afdelingsbestuur dit noodzakelijk oordeelt. Op schriftelijk verzoek – onder opgave van de te behandelen onderwerpen – van ten minste vijf procent (5%) van de leden van de desbetreffende afdeling met een minimum van vijf leden, is het afdelingsbestuur verplicht tot het bijeenroepen van een ledenvergadering binnen een termijn van een maand na indiening van het verzoek. Indien aan het verzoek tot bijeenroeping binnen veertien dagen nadat dit door het afdelingsbestuur werd ontvangen geen gevolg is gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan op de wijze waarop het afdelingsbestuur ledenvergaderingen bijeenroept.”

Wijzigen in:

“c. De ledenvergadering komt tenminste eenmaal per jaar bijeen en voorts zo dikwijls als het afdelingsbestuur dit noodzakelijk oordeelt. 

d. Op schriftelijk verzoek – onder opgave van de te behandelen onderwerpen – van ten minste vijf procent (5%) van de leden van de desbetreffende afdeling met een minimum van vijf leden, is het afdelingsbestuur verplicht tot het bijeenroepen van een ledenvergadering binnen een termijn van een maand na indiening van het verzoek. Indien aan het verzoek tot bijeenroeping binnen veertien dagen nadat dit door het afdelingsbestuur werd ontvangen geen gevolg is gegeven, kunnen de verzoekers zelf tot die bijeenroeping overgaan op de wijze waarop het afdelingsbestuur ledenvergaderingen bijeenroept.”

en de overige subs hernummeren.

Toelichting:

Deze wijziging is enkel taaltechnisch. Sub c is nu vrij lang, en bevat zowel de frequentie van ledenvergaderingen en het vanuit de leden oproepen van een ledenvergadering. We vinden het daarom zinnig om deze op te splitsen.

Wijzigingsvoorstel 7

Ingediend door: het bestuur

Artikel 8 lid 5 sub c

De tekst 

“bestuur”

wijzigen in

“partijbestuur”

Toelichting

Dit is een tekstuele verbetering; op het moment dat er geen afdelingsbestuur is, kan het afdelingsbestuur ook niet afzien van het groottevereiste. Hier wordt dus het partijbestuur bedoeld.

Wijzigingsvoorstel 8

Ingediend door: het bestuur

Artikel 8 lid 5 sub d

De tekst

“Deze ledenvergadering moet voldoen aan dezelfde voorwaarden als die waarop het betrokken bestuurslid werd verkozen.”

Schrappen.

Toelichting:

Een ledenvergadering is al aan bepaalde eisen onderworpen. Als hoogste orgaan van de afdeling, is het niet nuttig en een beperking van de democratische mogelijkheden voor de leden van de afdeling als voor het functioneren van dat hoogste orgaan van de afdeling meer bureaucratische hordes worden opgeworpen.

Wijzigingsvoorstel 9

Ingediend door: het bestuur

Artikel 8 lid 5, toevoegen na sub e:

Toevoegen:

“f. Indien er geen volledig afdelingsbestuur kan worden gevormd, dan kiezen de leden van de afdeling uit hun midden alleen een voorzitter, en neemt een vergadering van leden van de afdeling, niet zijnde een ledenvergadering, hierna: kaderoverleg, de taken van het afdelingsbestuur waar.

g. Het in sub f genoemde kaderoverleg staat open voor alle leden van de afdeling, en komt in beginsel minimaal een keer per maand samen.”

Toelichting:

Dit is een formalisering van het staand beleid. Op dit moment zijn er slechts een handvol afdelingen met drie of meer bestuursleden, dat het minimum is voor een afdelingsbestuur (zie 8.5.b). Artikel 8 reflecteert onze geschiedenis en ervaringen in andere politieke organisaties, met name de SP. Het merendeel van onze afdelingen functioneert momenteel echter via een ander model, dat meer lijkt op het model dat gebruikt wordt in onze jongerenorganisatie ROOD.

Momenteel is in de meeste afdelingen één voorzitter verkozen, en soms daarnaast nog een penningmeester, en wordt er in plaats van een regulier afdelingsbestuursoverleg gekozen voor een kaderoverleg dat frequent (soms wekelijks) bijeen komt.

Met dit voorstel formaliseren we deze huidige situatie. Het is nuttig dit te doen, omdat we daarmee de rechten van het afdelingsbestuur aan het kaderoverleg toekennen, zolang de afdeling geen volwaardig afdelingsbestuur heeft. Dit voorkomt de onwenselijke situatie dat alle rechten dat het afdelingsbestuur heeft niet meer benut zouden kunnen worden door de afdeling. Dit betreft bijvoorbeeld belangrijke rechten zoals het oproepen tot een congres of het schorsen van leden.

Wijzigingsvoorstel 10

Ingediend door: het bestuur

Artikel 10 lid 2 sub c

De tekst:

“c. het congres vergadert in beginsel tenminste éénmaal per jaar en voorts zo vaak als het partijbestuur dit wenselijk acht. Indien minimaal vijf procent (5%) van de afdelingsbesturen of vijf procent (5%) van de leden een congres wil bijeenroepen kunnen zij schriftelijk een voorstel daartoe indienen — met opgave van de te behandelen onderwerpen — bij het partijbestuur of de de partijraad. Na controle van de vereiste aantallen steunbetuigingen zal het partijbestuur de organisatie van het congres op zich nemen en de leden en organen van de partij daarvan schriftelijk in kennis stellen binnen twee weken. Indien het partijbestuur dit nalaat, hebben de aanvragende leden het recht om zelfstandig het congres uit te roepen, en krijgen zij toegang tot alle daartoe benodigde (leden)bestanden.”

Wijzigen in:

“c. Het congres vergadert in beginsel tenminste éénmaal per jaar en voorts zo vaak als het partijbestuur dit wenselijk acht. 

d. Indien minimaal vijf procent (5%) van de afdelingsbesturen of vijf procent (5%) van de leden een congres wil bijeenroepen kunnen zij schriftelijk een voorstel daartoe indienen — met opgave van de te behandelen onderwerpen — bij het partijbestuur of de de partijraad. Na controle van de vereiste aantallen steunbetuigingen zal het partijbestuur de organisatie van het congres op zich nemen en de leden en organen van de partij daarvan schriftelijk in kennis stellen binnen twee weken. Indien het partijbestuur dit nalaat, hebben de aanvragende leden het recht om zelfstandig het congres uit te roepen, en krijgen zij toegang tot alle daartoe benodigde (leden)bestanden.”

en hernummer de daaropvolgende subs. 

Toelichting:

Deze wijziging is enkel taaltechnisch. Sub c is nu vrij lang, en bevat zowel de frequentie van congressen en het vanuit de leden oproepen van een congres. We vinden het daarom zinnig om deze op te splitsen.

Wijzigingsvoorstel 11

Ingediend door: het bestuur

Artikel 10 lid 2 sub c

De tekst:

“Indien minimaal vijf procent (5%) van de afdelingsbesturen of vijf procent (5%) van de leden een congres wil bijeenroepen kunnen zij schriftelijk een voorstel daartoe indienen — met opgave van de te behandelen onderwerpen — bij het partijbestuur of de de partijraad.”

Wijzigen in:

“Indien minimaal vijf procent (5%) van de afdelingsbesturen, met een minimum van drie afdelingsbesturen, of vijf procent (5%) van de leden, met een minimum van 50 leden, een congres wil bijeenroepen, kunnen zij schriftelijk een voorstel daartoe indienen — met opgave van de te behandelen onderwerpen — bij het partijbestuur of de de partijraad.”

Toelichting:

Op dit moment bevat de clausule over het aantal afdelingsbesturen of leden dat nodig is om een congres bijeen te roepen geen minimum. Dat is een uitzondering: in de rest van de statuten heeft elke clausule die werkt met een percentage ook een minimum als ondergrens. Het lijkt ons daarom nuttig om hier ook een minimum in op te nemen.

Met ons huidige aantal afdelingen zou één afdeling al genoeg zijn om de drempel van vijf procent te halen. Wij vinden dit onwenselijk, omdat deze clausule is bedoeld voor het uitroepen van een congres wanneer er breed in de partij een onderwerp speelt waar het partijbestuur wellicht geen oog voor heeft om zelf een congres voor uit te roepen, en niet voor onderwerpen die maar bij één of twee afdelingen spelen. Voor het minimumaantal van drie afdelingsbesturen is een precedent in artikel 11.6.b voor het uitroepen van partijraadsvergaderingen. Wij vinden dit een realistisch aantal, waarbij genoeg ruimte blijft voor afdelingen om het partijbestuur te verplichten een congres uit te schrijven.

Met ons huidig aantal leden, zijn 22 leden genoeg om de drempel van vijf procent te halen. Voor precedent kijken we hiervoor naar artikel 8.4.c voor het uitroepen van ledenvergaderingen in de afdeling. Ook hier is vijf procent nodig, maar met een minimum van vijf leden. Gezien alleen Rotterdam meer dan honderd leden heeft, geldt dit minimum van vijf leden momenteel voor vrijwel alle afdelingen. Het gemiddelde ledenaantal per afdeling is op dit moment 36. Dit betekent dat in een gemiddelde afdeling één op de zeven leden de oproep voor een ledenvergadering dient te ondersteunen. Als we dit doortrekken naar het landelijke ledenaantal, zou een minimum van 60 leden nodig zijn om een congres uit te roepen. We denken daarom dat een minimum van 50, een vertienvoudiging van het lokale minimum en één op de negen van ons huidige ledenaantal, een realistisch aantal is, waarbij voldoende ruimte gewaarborgd blijft voor het vanuit de leden oproepen van een congres.

Wijzigingsvoorstel 12

Ingediend door: het bestuur

Artikel 12, lid 1, sub b.

De tekst: 

“Deze bestuursleden worden benoemd tot het volgende congres.”

Wijzigen in:

“De leden van het partijbestuur worden benoemd voor een periode van één jaar.”

Toelichting:

Op dit moment wordt het bestuur benoemd tot het volgende congres. Dat is onhandig, omdat er daardoor op elk congres een nieuw bestuur gekozen dient te worden. Dit verhoogt de drempel voor het partijbestuur en de leden om extra congressen uit te roepen wanneer dat nodig is, en omgekeerd zorgt dit ervoor dat de bestuurstermijnen wispelturig zijn. In de opstartfase van onze organisatie was dit logisch, maar nu we in rustiger vaarwater komen, is het nuttig om dit te herzien.

Met deze wijziging leggen we een expliciete termijn voor het bestuur vast. In combinatie met artikel 10.2.c, dat stelt dat het congres minstens eens per jaar wordt gehouden, is de grootste wijziging in de praktijk dat het door deze wijziging mogelijk wordt om meer dan één congres per jaar te organiseren, zonder daarbij direct ook nieuwe bestuursverkiezingen te moeten organiseren.

Wijzigingsvoorstel 13

Ingediend door: het bestuur

Artikel 19, toevoegen na lid 1

“2. Tegen een besluit van de partijraad, kan in beroep worden gegaan bij het congres.”

En hernummer de overige leden.

Toelichting:

Beroepen worden volgens artikel 19 in beginsel afgehandeld door de partijraad. In beroep gaan tegen een besluit van de partijraad, zou ook afgehandeld worden door de partijraad. Dat is onwenselijk, want dat is een slager die zijn eigen vlees keurt. Het is daarom nodig om expliciet te vermelden dat een beroep tegen de partijraad afgehandeld wordt door het congres.