Minimumprogramma

Staat & Democratie

Democratische republiek

Democratie onder het kapitalisme is misleidend. Er wordt verteld dat de mensen zelf de politieke macht hebben. Dit is een leugen, bedoeld om uitbuiting door kapitaal te vereenvoudigen. In de economie hebben de kapitalisten het alleenrecht, en dit brengt ook politieke macht mee. De wens om de democratie meer inhoud te geven leidt soms tot ‘democratische vernieuwing’, denk bijvoorbeeld aan de invoering van referenda en burgerfora, maar dit verandert de fundamentele machtsverhoudingen niet.

Echte democratie kan enkel worden bereikt wanneer de werkende klasse de leiding neemt in de strijd om elk aspect van de maatschappij onder het beheer van het volk te brengen. Daarom zijn democratie en socialisme voor ons onlosmakelijk verbonden. Democratie is veel meer dan eens per vier of vijf jaar mogen stemmen. Democratie is de heerschappij van het volk, door het volk, voor het volk. Om dat mogelijk te maken moeten we alle juridische, structurele en sociaal-economische beperkingen voor de heerschappij van de werkende klasse bestrijden en opheffen. Ook zijn we voorstander van een volledige scheiding van kerk en staat.

De staatsvorm waarin de bevolking daadwerkelijk politieke macht heeft, noemen wij de democratische republiek. In deze republiek moet er materiële gelijkwaardigheid zijn voor het overzeese deel – bestaande uit de landen Aruba, Curaçao en Sint-Maarten en de bijzondere gemeenten Bonaire, Sint Eustatius en Saba – en we steunen hun recht op politieke zelfbeschikking. Dit betekent dat verdere eventuele integratie in of afsplitsing van de democratische republiek afhangt van hun eigen democratische besluitvorming.

  • Politieke controle over geldschepping en de centrale bank, en op nationaal niveau ten minste opschorting van handhaving van de SGP-criteria, voor alle EU-landen.
  • Democratie voor iedereen. De leeftijd voor passief en actief kiesrecht wordt verlaagd naar 16 jaar, vluchtelingen en migranten krijgen direct passief en actief kiesrecht bij alle verkiezingen.
  • Jaarlijkse, directe verkiezingen op alle politieke niveaus.
  • Invoering van een parlementair eenkamerstelsel. Een eenkamerstelsel weerspiegelt de wil van het volk beter, omdat de politieke verhoudingen onmiddellijk worden bepaald door de meest recente verkiezingen. 
  • Betaling van volksvertegenwoordigers op het niveau van een gemiddelde geschoolde arbeider. We staan voor een volksvertegenwoordiging die betaald wordt voor de tijd die is ingezet, op het niveau van een geschoolde arbeider, zodat er altijd een link is met de materiële omstandigheden van de werkende klasse.
  • Collectief bestuur en verkozen vertegenwoordiging. Onverkozen vertegenwoordiging is hiermee onverenigbaar: wij schaffen posities als het koningshuis, de commissaris van de koning en de burgemeester als zelfstandige posities af.
  • Tegen corruptie. De planning en uitvoering van overheidsuitgaven en investeringen op alle niveaus van de staat dienen onderworpen te zijn aan strikte, transparante en openbare procedures die moeten worden nageleefd. Elke poging door kapitalisten, uit binnen- of buitenland, om de beslissingen van overheidsambtenaren te beïnvloeden voor hun eigen individuele of collectieve voordeel, door middel van materiële (stimulansen, extraatjes, financiering van politieke activiteiten of geschenken, enz.) of immateriële beïnvloeding (chantage, enz.), aan individuen of organisaties, zal streng worden bestraft.
  • Versterking van de lokale democratie. We maken een einde aan de hindernissen voor de uitvoering van gemeentebeleid. Gemeenten moeten de ruimte hebben voor het bepalen van het beleid van gemeentebedrijven, van gemeentelijke grondpolitiek en met name grondbezit, gemeentelijk inkomensbeleid en gemeentelijke publieksvoorzieningen. Er komt een einde aan gemeentelijke herindelingen van bovenaf. We draaien deze terug daar waar er vraag naar is.
  • Strikte scheiding van kerk en staat. Verwijder alle verwijzingen naar God in overheidszaken. Iedereen moet toegang hebben tot seculiere plekken in de eigen buurt waar er de mogelijkheid is om gemeenschappelijke banden en initiatieven op te bouwen.

Vrijheid van informatie

Kennis is macht. De Nederlandse staat heeft zich altijd gehuld in geheimen, in ondoorgrondelijke regels en ambtelijke taal. Klassenbelangen worden daarmee verborgen. Tegelijkertijd is er een nauwe band tussen de overheid en de eigenaars en beheerders van de massamedia. De pers, radio, televisie en het internet zijn grotendeels in handen van een klein aantal ondernemingen. Media dienen niet enkel als een manier om grote winsten te maken, maar ook als platform om continu kapitalistische waarden te verspreiden.

Om zelf de maatschappij te organiseren heeft de werkende klasse openheid nodig in de overheid, economie, wetenschap en cultuur. De mogelijkheid tot openlijke strijd over ideeën, en de vrijheid om zichzelf te organiseren zijn noodzakelijk in de strijd voor de belangen van de werkende klasse.

  • Volledige vrijheid van meningsuiting, vergadering en demonstratie. Wij verwerpen elke vorm van beperkingen en censuur. Dergelijke wetgeving wordt onvermijdelijk ingezet tegen de arbeidersbeweging. Reactionaire ideeën moeten in de openbaarheid bestreden worden, niet door middel van bureaucratische methoden en censuur.
  • Transparantie en toegang van de bevolking tot overheidsinformatie. Dit zijn fundamentele beginselen van de democratie en de staat moet de uitvoering ervan garanderen. We schaffen het staatsgeheim af. Het recht op publieke toegang tot alle overheidsbestanden, kabinetsrapporten, diplomatieke overeenkomsten, belastingdeals, enz. wordt gegarandeerd, op een voor iedereen begrijpelijke manier.
  • Een einde aan anti-terreurwetgeving. Onder het mom van de oorlog tegen terrorisme zijn er vergaande inperkingen gedaan op privacy en vrijheid van meningsuiting. Er is een sleepnet opgezet waarmee allerlei informatie door de overheid wordt verzameld, elke burger wordt hierdoor tot verdachte gemaakt. Wij schaffen deze anti-terreurwetgeving af. 
  • Recht op privacy. Geld verdienen door de handel in privé-informatie wordt verboden.
  • Een eind aan bedrijfsgeheimen. Maak alle data die niet privacygevoelig is open toegankelijk, zodat de werkende klasse deze zelf kan inspecteren.
  • Democratiseer de publieke omroepen. Maak publieke omroepen daadwerkelijk publiek door deze te democratiseren, en breng deze onder verkozen leiding, onafhankelijk van kapitaal en staat. 
  • Volledige internetvrijheid. Internetvrijheid is een integraal onderdeel van vrijheid van informatie. Tegen elke vorm van toezicht op de bevolking door de overheid of het bedrijfsleven. 
  • Afschaffing van intellectueel eigendom. Een betere openbare beschikbaarheid van informatie, kennis en cultuur is een voorwaarde voor de maatschappelijke, technologische en economische ontwikkeling van onze samenleving.
  • Ontmantel de AIVD, MIVD en alle andere elementen van het geheime staatsapparaat.

Hervorming leger en politie

Socialisten zijn tegen een professioneel beroepsleger en voor het democratiseren van militaire activiteit. Niet een kleine elite moet alle kennis en macht over wapens hebben, maar deze moet gedemocratiseerd worden. In de eerste plaats moet dit gerealiseerd worden door de arbeidersbeweging zelf die toewerkt naar het opzetten van zelfverdedigingsorganisaties. Dergelijke organisaties zijn van belang om de arbeidersbeweging te beschermen en komen voort uit de klassenstrijd. In het verleden hebben veel socialistische en andere sociale bewegingen te maken gekregen met repressie en geweld vanuit de staat en reactionaire groeperingen. Wanneer de arbeidersbeweging sterker wordt, wordt ook de noodzaak tot verdediging van die arbeidersbeweging groter. Wij streven naar een vreedzame machtsovername, maar zijn ons bewust van deze geschiedenis van de arbeidersbeweging. De heersende klasse zal nooit vrijwillig hun macht weggeven. Om dat te realiseren moet de meerderheid van de bevolking zichzelf kunnen verdedigen.

  • In plaats van een beroepsleger, waar een kleine kaste de dienst uitmaakt en deze dus het leger kan gebruiken voor haar eigen politieke doeleinden, maken we van het leger een aangelegenheid van de gehele bevolking, een volksmilitie onder democratische controle. 
  • Een korte militaire basisopleiding en jaarlijkse herhalingsoefeningen voor iedereen.
  • Erkenning van het recht op zelfverdediging van de arbeidersbeweging. Een volksmilitie is noodzakelijk voor de veiligheid van de arbeidersbeweging. Er mag daarom geen inbreuk worden gemaakt op het recht van het volk om, binnen de context van een volksmilitie, wapens te bezitten en te dragen.
  • Verkozen officieren met een gemiddeld loon. Privileges worden afgeschaft.
  • Geen inzet van politie en leger tegen de arbeidersbeweging. Geen gewapende militairen op straat in vredestijd. Politie dient ongewapend te zijn bij hun dagelijkse werk.
  • Democratische verantwoording van de politie aan de gemeenteraad. Op dit moment speelt de politie vooral eigen rechter bij misstanden. Ook doet de politie in de praktijk aan etnisch profileren, waardoor mensen uit bepaalde bevolkingsgroepen bovengemiddeld te lijden hebben onder politiegeweld. Dit bestrijden wij door het instellen van democratische verantwoording van lokale politietaken aan de gemeenteraad.
  • Verdediging van het vakbondsrecht van politieagenten en soldaten. Ook zij moeten het recht hebben om politieke vergaderingen en organen op te richten. Daarom is het belangrijk dat het beroepsleger en de beroepspolitie worden vervangen door een democratisch alternatief dat een zaak is van de gehele bevolking. Daarmee worden de mogelijkheden van antimilitaristisch werk en werk voor de hervorming van de politie binnen de respectievelijke vakbonden ook beter mogelijk.

Rechterlijke macht en justitie

De ‘rechtstaat’ is volgens veel politici de belichaming van het gelijkheidsideaal. Toch wordt de werkende klasse ook hier structureel benadeeld; eigendom staat immers centraal in het rechtssysteem. Rechters zijn daarom geneigd de belangen van de bezittende klasse te verdedigen. De markt van juridische dienstverlening zorgt ervoor dat degene die een betere advocaat kan betalen, sneller gelijk krijgt. Daarnaast kunnen rechters de democratie omzeilen door zelfstandig rechtsregels te creëren en democratische besluiten aan de kant te zetten met een beroep op internationale verdragen. Dit staat los van het verdedigen van verworvenheden waar de arbeidersklasse lang voor heeft gestreden en die we ook willen behouden en uitbreiden worden verenigd. Juist door democratie voorop te zetten kunnen deze worden geborgd zonder ondergraven te worden door beroepen op eigendomsrechten in het belang van de bezittende klasse die hiermee te vaak op gespannen voet staan. 

Het strafrecht is irrationeel en inhumaan. Misdaad kan enkel worden begrepen in een sociale context. In de klassenmaatschappij is misdaad vaak een product van vervreemding, armoede, onvrede of verzet. Criminalisering van sociale problemen en verhoging van straffen lost de onderliggende problemen niet op. Gevangenisstraffen leiden niet of nauwelijks tot minder recidive. Mensen die deel uitmaken van de werkende klasse komen voor dezelfde misdrijven sneller in de gevangenis dan kapitalisten. Hiermee zijn gevangenissen een onderdeel van de onderdrukking van de werkende klasse. Daarnaast worden ‘misdaden’ uit armoede, vaak alleen gericht tegen het bezit van grote bedrijven, gecriminaliseerd, terwijl de misdaden van de kapitalisten tegen iedereen in het kapitalistische systeem door de wet worden gelegitimeerd.

  • Invoering van juryrechtspraak. Iedereen heeft het recht om hun zaak voor te leggen aan een willekeurig geselecteerde jury, die beslist na het horen van de partijen, en die van advies wordt voorzien door een rechter. Dit is niet verplicht: iedereen is vrij om hun zaak door een rechter te laten afhandelen. Als ze het niet eens zijn met de rechter en/of de voorkeur hebben mogen ze hun zaak bij een jury van hun gelijken laten behandelen.
  • Kosteloze, hoogwaardige rechtsbijstand voor iedereen.
  • Afschaffing van de Hoge Raad. Mochten er interpretatievragen ontstaan in een procedure, dan worden die doorverwezen naar een commissie onder directe controle van het parlement.
  • Democratische controle op het Openbaar Ministerie en rechters. Net zoals bij andere overheidsorganen moet het opereren van het Openbaar Ministerie en de rechterlijke macht openbaar zijn en onder democratische controle staan. Democratisch genomen besluiten van het hoogste orgaan kunnen niet door een rechter worden vernietigd. Alle rechters en functionarissen van het Openbaar Ministerie worden gekozen en zijn afzetbaar door het parlement.
  • Alleen gevangenisstraf bij geweldsdelicten. Gevangenisstraffen zijn alleen geschikt als straf voor geweldsdelicten, zoals moord, verkrachting, mishandeling enz. Bij alle delicten moet het doel uiteindelijk rehabilitatie en heropname in de samenleving zijn, en hier dragen gevangenisstraffen gezien de sociale context waarin misdaad ontstaat niet of nauwelijks bij. Gevangenen moeten de mogelijkheid hebben zich volledig te kunnen ontwikkelen als onderdeel van de maatschappij. Het doel moet rehabilitatie zijn, en niet vergelding. Het gevangenisleven dient zo normaal mogelijk te zijn.
  • Kiesrecht voor gedetineerden. Gedetineerden behouden actief en passief kiesrecht en moeten ook zonder volmacht vanuit de gevangenis kunnen stemmen.
  • Effectief drugsbeleid dat gezondheid voorop zet. Schaf de opiumwet af en voer een systeem in dat de publieke gezondheid voorop zet, bijvoorbeeld met preventie en afkickprogramma’s. 
  • Gevangenisstraf in de nabijheid van de eigen woonplaats. Iedere gevangene dient enkel te worden opgesloten binnen een korte afstand van hun woonlocatie; als dit onmogelijk is, moeten de reiskosten voor bezoek door familieleden volledig worden vergoed.
  • Boetes proportioneel aan inkomen en vermogen.
  • Bestrijding van armoede om misdaad te voorkomen. Veel ‘misdaad’, zoals diefstal en inbraken, komt voort uit armoede en de oplossing hiervan moet dan ook in de sociale context worden begrepen. Straffen voor zulke delicten moeten daarom gericht zijn op rehabilitatie, en om deze ‘misdaden’ te voorkomen bestrijden we armoede. 
  • Versterking van de mogelijkheden van de werkende klasse om de eigen belangen te verdedigen door garantie van het stakingsrecht.
  • Criminalisering van misdrijven van het kapitaal tegen de werkende klasse. Denk hierbij aan loondiefstal, opzettelijke vervuiling van het milieu en gevaarlijke arbeidsomstandigheden.

Arbeid

De fundamentele tegenstelling onder het kapitalisme is die tussen arbeid en kapitaal. Eigenaren van de productiemiddelen, van kapitaal, proberen een zo hoog mogelijke winst te behalen door zich de meerwaarde die door arbeiders geproduceerd wordt toe te eigenen. De onderlinge concurrentie tussen kapitalisten leidt tot een continue druk op arbeidsvoorwaarden, maar ook tot crises. In tijden van crisis wentelt het kapitaal de financiële gevolgen af op de werkende klasse in de vorm van werkloosheid en bezuinigingen. Het kapitalisme is een inherent instabiel economisch systeem dat enkel draait om de belangen van kapitaalbezitters.

Deze tegenstelling leidt tot strijd, tot klassenstrijd, ook zonder socialisten. Wat we als socialisten in deze strijd willen inbrengen, is dat we de belangen van de werkende klasse, als gehele klasse, als uitgangspunt nemen. We willen onzekerheid uitbannen, en de gevolgen van het chaotische economisch systeem niet op onze schouders nemen. Het falen van het kapitalistische economische systeem kan door kapitalisten niet worden opgelost. Wij strijden voor de afschaffing van het systeem van privaat eigendom van de productiemiddelen en loonarbeid.

Arbeidsomstandigheden

Voor socialisten zijn de behoeften van de werkende klasse het uitgangspunt. Door middel van strijd hebben we op dit vlak ook verbeteringen voor elkaar gekregen, zoals de 8-urige werkdag en het weekend. Maar elke verworvenheid staat binnen het kapitalisme door de voortdurende drang naar winstmaximalisatie onder druk, en is daarmee altijd een onderdeel van nieuwe strijd. De eisen hieronder zijn stuk voor stuk eisen waarmee zekerheid op een normaal bestaan het uitgangspunt is. De strijd van de werkende klasse is een voorwaarde voor betere levensomstandigheden, maar ook de voornaamste manier waarop de klasse zich van zichzelf bewust wordt. De Socialisten willen elke vorm van sociale strijd op zo’n manier ondersteunen dat daardoor het klassenbewustzijn wordt verhoogd en de macht van de werkende klasse tegenover de bezittende klasse wordt versterkt.

  • Iedereen een leefbaar inkomen. Iedereen heeft recht op een inkomen waarmee materieel en cultureel volwaardig deelgenomen kan worden aan de samenleving.
  • Naar een minimumloon van 60% modaal.
  • Gelijk loon voor gelijk werk. Bij ongelijke betaling moet het hogere loon voor eenieder afdwingbaar zijn. Het minimumloon geldt voor iedereen, ongeacht leeftijd.
  • Lonen stijgen automatisch mee met inflatie. Prijsstijgingen, al dan niet als gevolg van het kapitalistische systeem, moeten automatisch worden gecompenseerd (automatische prijscompensatie, APC). Hierbij wordt niet enkel gekeken naar abstracte gemiddelde inflatie, maar hoofdzakelijk naar de reële inflatie in levenskosten voor de lage- en middeninkomens. Prijsstijgingen betekenen zonder deze eis een concrete achteruitgang voor de werkende klasse en het verlies van eerder gewonnen zaken.
  • We behouden de koppeling met alle uitkeringen.
  • Een vast contract voor iedereen. Iedere arbeider heeft recht op een vast contract, dit geldt juist ook voor uitzendkrachten en schijnzelfstandige ZZP’ers. Ontslag alleen na goedkeuring van de vakbond.
  • Een einde aan schijnzelfstandigheid. Schijnzelfstandigheid en verkapte dienstverbanden, zoals bijvoorbeeld voorkomt bij koeriers, postbezorgers en maaltijdbezorgers, worden verboden. Schijnzelfstandigheid is vaak geen keuze, maar een juridische truc van werkgevers om minder te betalen aan werknemers die minder rechten hebben.
  • Gelijke beloning voor migrantwerkers. Constructies waarin migrantwerkers minder dan andere arbeiders of minder dan het Nederlandse minimumloon betaald krijgen, worden verboden. Ook mogen levensvoorzieningen, zoals huisvesting, niet onder directe of indirecte controle van de werkgever staan, omdat dit tot schadelijke machtsverhoudingen leidt.
  • Recht op onbereikbaarheid buiten werktijden en recht om onbetaalde arbeid te weigeren. Een wettelijk vastgestelde werkweek wordt ondermijnd als er van arbeiders verwacht wordt dat ze 24/7 bereikbaar zijn en paraat staan. De verwachting dat werknemers buiten werktijden bereikbaar moeten zijn voor hun werk is schadelijk voor hun gezondheid. Iedere werknemer heeft het recht op onbereikbaarheid buiten werktijden en om onbetaalde arbeid te weigeren.
  • Verkorting van de standaard werkdag tot zes uur, voldoende rust moet gegarandeerd zijn. Langere werkdagen in het geval waarin de aard van de arbeid dat vereist, blijven mogelijk, maar werkdagen van langer dan negen uur worden verboden.
  • Een ononderbroken wekelijkse rustperiode van niet minder dan 60 uur. Dit zorgt ervoor dat er niet consequent werkzaamheden kort na elkaar mogen worden gepland en het weekend of een equivalent gewaarborgd is als aaneengesloten vrije tijd.
  • Een minimum van zes weken betaald verlof per jaar en betaald vrij tijdens publieke feestdagen. In sectoren die niet kunnen sluiten tijdens feestdagen, zoals de hulpdiensten, geldt dubbel loon en compensatie in vrije tijd van de niet-genoten feestdagen.
  • Verplichte kinderopvang voor personeel door bedrijven. Bedrijven zijn verplicht om kinderopvang te verzorgen voor hun personeel, in het geval dat er nog geen algemene, gratis beschikbare kinderopvang is.
  • Verplicht beleid tegen grensoverschrijdend gedrag. Bedrijven zijn verplicht een beleid te voeren dat intimiderend en grensoverschrijdend gedrag tegengaat zoals pesten, seksisme en racisme.
  • Een leefbaar inkomen voor werklozen. Werkloosheid is een gevolg van het economische systeem. Er is geen enkele reden om een werkloze financieel te straffen voor het falen van dit economische systeem. Het recht op een leefbaar inkomen, waarbij materieel en cultureel volwaardig deelgenomen kan worden aan de samenleving, geldt daarom onverminderd voor werklozen. Uitkering is een recht, geen privilege. De zogenaamde tegenprestatie schaffen we dan ook af.
  • Een grootschalig schuldenpardon en een verbod op het maken van winst over schulden.
  • Gelijkstellen van minimumloon, uitkeringen en kwaliteit van onderwijs en gezondheidszorg op Aruba, Curaçao, Sint-Maarten en de BES-eilanden aan die in Europees Nederland.

Pensioengerechtigden en ouderen

Mensen verdienen een veilige, waardige en comfortabele oude dag. Volledige voorziening in de behoeften van ouderen is een basisrecht. Zo maken we een einde aan de onzekere en onwaardige afhankelijkheid van liefdadigheid.

  • Voor democratische controle van werknemers en gepensioneerden over bedrijfstakpensioenfondsen via de vakbonden. 
  • Voor eenheid van pensioenfondsen. We streven naar eenheid van de pensioenfondsen in een collectief pensioenfonds, om de pensioenen in de zwakste sectoren te beschermen.
  • Voor een gegarandeerd pensioen, inclusief automatische prijscompensatie. 
  • Geen verplichte pensionering op basis van leeftijd. Alle arbeiders moeten vanaf 55 jaar het recht hebben om te pensioneren, met aanvullende speciale regelingen voor hen die zwaar en gevaarlijk werk doen.
  • AOW op het niveau van het minimumloon voor iedereen vanaf 55 jaar.
  • Democratisch beheer van ouderenvoorzieningen. Sociale voorzieningen voor ouderen moeten democratisch worden beheerd en gesubsidieerd door de overheid, niet door liefdadigheidsinstellingen.

Vakbonden

Vakbonden organiseren de werkende klasse en hebben een belangrijke rol in de ontwikkeling van het klassenbewustzijn. Zij hebben daarom een historisch progressieve rol. Als socialisten roepen we iedereen op om zich aan te sluiten bij een vakbond. We betrekken zoveel mogelijk leden bij het vakbondsbeleid. Zo vergroten we de organisatiekracht van onze klasse ten opzichte van die van het kapitaal. Binnen vakbondsorganisaties ontstaan ook altijd specialistische activiteiten. Om deze reden heeft een vakbond altijd een laag aan betaalde (vrijgestelde) functionarissen nodig. Door het functioneren in een door het kapitalisme gecontroleerd overlegsysteem zijn de huidige vakbondsbestuurders eerder een rem op de arbeidersstrijd voor betere arbeidsvoorwaarden en op de strijd voor het socialisme. Arbeiders zijn het meest gebaat bij het steunen van vertegenwoordigers die strijden voor de langetermijnbelangen van de werkende klasse als geheel. Daarom strijden socialisten tegen de geïnstitutionaliseerde vakbondsbureaucratie. Vanwege het internationale karakter van het kapitalistische systeem en het bestaan van gigantische transnationale bedrijven, zijn internationale vakbonden essentieel, maar door hun grotere afstand tot de werkvloer zijn ze nóg minder controleerbaar voor hun leden. Dat maakt het realiseren van onze democratische eisen extra belangrijk. 

  • Onafhankelijke vakbonden. Vakbonden dienen zich onafhankelijk op te stellen ten opzichte van staat en kapitaal. Dit houdt in dat vakbonden bestuurlijk en financieel onafhankelijk dienen te zijn van de staat en van bedrijven, zodat hun taak als belangenbehartiger van de werknemers gewaarborgd blijft. We streven daarom naar de afschaffing van de werkgeversbijdragen en het zogeheten tijdschrijven om subsidies te verantwoorden. Nevenfuncties van vakbondsbestuurders die hiermee in conflict zijn vallen hier ook onder.
  • Absoluut stakingsrecht, dat niet beperkt kan worden door rechters of politici. Stakingen moeten niet alleen voor betere arbeidsomstandigheden, maar ook voor algemene politieke eisen kunnen worden ingezet. We steunen ook andere actievormen dan stakingen, zoals het stoppen met het controleren van kaartjes in het openbaar vervoer.
  • Alle vakbondsvertegenwoordigers verkozen door de leden. Vertegenwoordigers dienen aan de leden verantwoording af te leggen en moeten door de leden afgezet kunnen worden.
  • Universeel vakbondsverlof. Deelname aan vakbondsvergaderingen moet meetellen als arbeidstijd. Elke arbeider die dat wil, moet in staat worden gesteld bij vakbondsgerelateerde bijeenkomsten aanwezig te zijn.
  • Een gemiddeld loon voor alle vakbondsvertegenwoordigers. Geen vakbondsvertegenwoordiger dient meer te verdienen dan de gemiddelde arbeider in de betreffende sector.
  • Een ongedeelde vakbeweging. We strijden voor de eenheid van de arbeidersbeweging in één vakbond. Het opdelen van de arbeidersbeweging in verschillende bonden maakt het makkelijker om arbeiders tegen elkaar uit te spelen, juist met verenigde actie is het eenvoudiger om voor de collectieve belangen van de werkende klasse op te komen. Anderzijds vergroten we de inspraak van de vakbondsleden in de vakbonden en bestrijden we bureaucratisme.
  • Bedrijven mogen hun personeel niet meer ontslaan om ze vervolgens als ZZP’er in te huren. ZZP’ers worden georganiseerd in een vakbond. Werknemers die nu als schijnzelfstandige worden ingezet, moeten in vaste dienst worden genomen.
  • Werklozen zijn niet permanent werkloos, maar deel van de werkende klasse. Nu worden werklozen tegen werkenden opgezet als concurrentie, terwijl elke arbeider van de ene op de andere dag werkloos kan worden. Als onderdeel van de werkende klasse dienen werklozen zo veel mogelijk te worden geïntegreerd in de arbeidersbeweging. De vakbeweging dient ook op te komen voor de belangen van werklozen, en dit kan alleen als zij ook actief betrokken zijn bij de vakbondsorganisatie en als de rest van de arbeidersbeweging zich ook in solidariteit met hen organiseert. Organisaties van uitkeringsgerechtigden dienen vast onderdeel te zijn van de vakbeweging.
  • Arbeidsraden op de werkvloer. Alle arbeiders, ongeacht hun werk, ongeacht of ze vakbondslid zijn, zouden daarin georganiseerd moeten zijn. Arbeidsraden moeten invloed uitoefenen op het aannemen en ontslaan van personeel, productie en investeringen.

Sociale voorzieningen

Huisvesting

Socialisten zien huisvesting als een menselijk basisrecht waarin voorzien moet worden. Ons uitgangspunt is het streven naar huisvesting in collectief bezit, onder democratische controle van bewoners met ruimte voor individuele en collectieve activiteiten, in plaats van onder controle van bureaucratisch management. Wij verzetten ons tegen sentimenten als ‘iedere arbeider een eigen koophuis’ die, hoewel we niet tegen het persoonlijke bezit van de eigen woning zijn, niet de oplossing bieden voor het huisvestingsvraagstuk. Kapitaal probeert sociale problematiek in arbeidersbuurten aan te pakken door middel van huisuitzetting, verkoop van huurwoningen en het kunstmatig opdrijven van huurprijzen. Hierdoor is een steeds grotere groep overgeleverd aan de markt. Kapitaal kan de sociale problematiek enkel verplaatsen, niet oplossen. Kapitaal bouwt niet voor menselijke behoefte en kiest altijd voor de meest winstgevende optie, ten koste van de woonbehoeften van de werkende klasse. Daarom moet niet alleen het huidige woningbestand, maar ook de bouw van nieuwe woningen onder democratische controle komen, om zo te garanderen dat woningbouw weer menselijke behoefte dient.

  • Publiek bezit van alle grond.
  • Woonbehoefte voor eigendomsrecht. Eigendom geeft geen recht op leegstand. Bij (langdurige) leegstand heeft eenieder het recht om panden in gebruik te nemen, we schaffen het kraakverbod af. 
  • Huurprijzen omlaag. Huisvesting wordt verdeeld op basis van behoefte (op basis van gezinsgrootte, afstand tot de werkplek, woonwensen, enz.), met een huur op basis van een bedrag dat voldoende is om onderhoud te kunnen bekostigen.
  • Toegankelijk en duurzaam bouwen. Nieuwe woningbouw, publieke ruimtes, en infrastructuur in algemene zin dienen zo toegankelijk mogelijk te zijn voor mensen met een beperking (zoals rolstoelgebruikers). Daarnaast moet nieuwbouw duurzaam en aangepast zijn aan het veranderende klimaat. Oudere woningbouw dient hiervoor waar mogelijk te worden aangepast.
  • Democratisch beheer van de woningvoorraad. Woningverhuur wordt ondergebracht in democratische woningverenigingen met de bewoners als leden. De woningcorporaties, die nu opereren als projectontwikkelaars en gericht zijn op het verdienen van zoveel mogelijk geld aan sociale huurwoningen, worden weer omgevormd tot woningverenigingen onder democratisch bewonersbeheer. De markt in de verhuur van woningen wordt afgeschaft, en andere huurwoningen worden ook ondergebracht in sociale woningverenigingen. 
  • Appartementencomplexen dienen democratisch te worden beheerd door de bewoners, in samenspraak met de relevante vakbonden als vertegenwoordigers voor de arbeiders die het nodige onderhoud moeten plegen.
  • Geen sloop zonder terugkeergaranties. Bestaande bewoners en de bredere gemeenschap krijgen vergaande zeggenschap over nieuwbouwprojecten en renovaties van oudere woningen. 
  • Bouw loskoppelen van beheer van woningen. Een publiek beheerde woningbouwvereniging op nationaal niveau zorgt dat geplande doelen voor het bouwen van huizen, te bekostigen uit de algemene belastingen, worden behaald. In samenspraak met vakbonden wordt permanente werkgelegenheid en scholing verschaft aan bouwvakkers.
  • Een grootschalige investering in sociale huisvesting en een verbod op speculatie in woningen om een einde te maken aan de woningnood.
  • Meer dan alleen wonen. Sociale huisvesting dient van hoge kwaliteit te zijn, energiezuinig en met voldoende woonruimte. Er moet ruimte zijn voor gemeenschappelijke woonverblijven voor wie dat wil. Gedeelde diensten, tuinen en sportruimtes zouden onderdeel moeten zijn van het woonbestand. Er moet buiten plek zijn voor kinderen om te spelen, voor jongeren om activiteiten te ontplooien en voor andere leeftijdsgroepen om samen te komen, beheerd en gefinancierd door de lokale buurtraad.
  • Geen inkomensgrens voor sociale huurwoningen, zodra er daarvoor voldoende sociale huurwoningen zijn. Er moet sprake kunnen zijn van een levenslang woonverblijf.
  • Tegen dakloosheid. Dakloosheid waar dit een gevolg is van huisuitzettingen is onacceptabel. Daarom verbieden we huisuitzettingen om financiële redenen. Alleen bij zeer zware overlast kan gekeken worden naar de mogelijkheid van huisvesting elders, samen met de nodige begeleiding. Bied bij dakloosheid onmiddellijk huisvesting.

Jongeren

Jongeren worden gebruikt als goedkope arbeidskrachten, als proefkonijn voor neoliberaal beleid en worden beschuldigd van het veroorzaken van sociale achteruitgang. Ook worden ze door het systeem misbruikt als consumenten en dwingt het systeem ze zichzelf en hun interesses te reduceren tot handelswaar. Elk ideaal, elk kunstzinnig talent wordt beoordeeld op basis van of er geld aan verdiend kan worden. Velen verwerpen de verwrongen waarden van het systeem. Dit leidt vaak tot nihilisme en vluchtgedrag – wat op zijn beurt weer tot winstmogelijkheid gemaakt wordt.

Jongeren hebben zwaar te lijden onder de problemen die door het kapitalisme worden veroorzaakt. Jonge arbeiders hebben meestal weinig baan- en inkomenszekerheid. Ze zijn minder vaak lid van een vakbond en genieten minder bescherming. Door de eisen van het kapitalistische systeem komen dakloosheid, werkloosheid, seksueel misbruik, psychische problematiek en zelfmoord disproportioneel vaak voor onder jongeren.

  • Jongeren moeten de mogelijkheid krijgen om voor langere of kortere termijn in te trekken in (jeugd)huisvesting of jeugdhostels als ze hun ouders verliezen, of als zij het onmogelijk achten om te blijven wonen in het ouderlijk huis.
  • Gelijk loon voor gelijk werk. Bij ongelijke betaling moet het hogere loon voor eenieder afdwingbaar zijn. Het minimumloon geldt voor iedereen, ongeacht leeftijd, het minimumjeugdloon schaffen we dus af.

Onderwijs

Vorm en inhoud van het onderwijssysteem zijn van essentieel belang voor socialisten. Voortgezet onderwijs heeft nu een nauw, burgerlijk karakter en is louter gericht op het individu, met het behalen van het examen als hoogste doel. Daarnaast is het onderwijs nu gericht op het versterken van neoliberale ideeën over de maatschappij, met name bij vakken als aardrijkskunde, geschiedenis en economie. Daarnaast is het onderwijs er op het moment op gericht om kinderen en jongeren aan te leren om goede werknemers te zijn, met weinig tot geen mogelijkheden voor eigen initiatief, vaste uren en standaard overwerk in de vorm van huiswerk, waardoor er weinig ruimte overblijft om de eigen persoonlijkheid te ontwikkelen. Socialistische opvoeding ziet de leerling of student als onderdeel van de gemeenschap, waarbij deze samen met onderwijzers kennis en kritisch denkvermogen ontwikkelt. Deze pedagogiek is zich bewust van het bestaan van de klassenmaatschappij.

  • Geen overheidsfinanciering of belastingvoordeel voor onderwijs van een religieus of privaat karakter. Schrap artikel 23 van de grondwet. Elk kind heeft recht op onderwijs waarin de verschillende maatschappelijke stromingen worden behandeld en toegelicht, zodat er bijvoorbeeld ook ruimte is voor meerwaardetheorie en klassenanalyse in het onderwijspakket.
  • Gelijke onderwijskwaliteit. Zorg voor een gelijke onderwijskwaliteit voor alle scholieren en studenten, door extra financiering te geven aan scholen waar meer leerlingen uit zwakkere sociaaleconomische achtergronden zitten.
  • Vrije keuze van onderwijsniveaus. Geef studenten en scholieren zelf de keuze op welk niveau ze onderwijs willen volgen en haal hiermee de kunstmatige weerstand voor het volgen van onderwijs op het eigen niveau weg. Laat docenten enkel adviseren over wel of niet overstappen. Hiermee worden de enige beperkingen de daadwerkelijke capaciteiten en resultaten van de leerling of student. Het onderwijs moet passend zijn, daarom is er de mogelijkheid voor scholieren om per vak het niveau te kiezen.
  • Democratisering van het onderwijs. Het onderwijs wordt zo democratisch mogelijk ingericht met daadwerkelijke zeggenschap voor leerlingen, studenten, leraren en docenten. Het curriculum wordt democratisch vastgesteld door leraren die door hun collega’s zijn gekozen, met inspraak van een gekozen afvaardiging van leerlingen of studenten.
  • Veelzijdig onderwijs. Onderwijs moet zowel technische als persoonlijke kwaliteiten en vaardigheden ontwikkelen; zowel wetenschappelijk inzicht als kennis op sociaal, historisch en artistiek vlak.
  • Toegepast onderwijs voor ieder kind, jongere, en student; de mogelijkheid om onderwijs naar talent, aanleg en interesse te volgen.
  • Studieloon voor alle studenten. Iedereen dient de mogelijkheid te hebben om zichzelf intellectueel en kritisch te ontwikkelen tot hun volledige potentieel. Voer een studieloon in ter hoogte van het minimumloon voor alle studenten. 
  • Een einde aan collegegeld. Hoger onderwijs moet een recht zijn, geen privilege.
  • Academische vrijheid in onderwijs en onderzoek. We moeten af van de derde geldstroom in het hoger onderwijs, waarmee bedrijven onderzoek financieren. De staat moet genoeg geld beschikbaar stellen voor onderwijs van hoge kwaliteit en onafhankelijk onderzoek.
  • Verkozen bestuur. Het bestuur van onderwijs- en academische instellingen en iedereen in managementfuncties, waaronder professoren en lectoren, moet verkozen worden door de werknemers.
  • Baangarantie. Elke jongere die het onderwijs verlaat heeft recht op een baan, met gepaste technische training en volledige rechten.
  • Een leven lang leren. Werkzoekenden hebben het recht zich om te scholen middels scholing van goede kwaliteit onder vakbondstoezicht, zonder dat er dwang is om scholing te volgen.

Gezondheidszorg

Het huidige zorgsysteem wordt gekenmerkt door een groeiende ontoegankelijkheid van de zorg. Onder de invloed van marktmechanismen wordt georganiseerde preventie als niet winstgevend genoeg aan de kant geschoven. De farmaceutische industrie boekt hoge winsten op basis van onderzoek dat meestal voor het overgrote deel met gemeenschapsgeld wordt gefinancierd. Socialisten eisen een volledige, gratis toegankelijke en democratisch beheerde gezondheidszorg voor iedereen.

  • Meer zorg en minder diagnoses in de geestelijke gezondheidszorg. In de GGZ ligt de focus op het helpen van de patiënt/cliënt. Om zorg te kunnen verlenen is geen diagnose nodig. Een diagnose traject wordt pas gestart wanneer dit naar behoefte is van de patiënt/cliënt.
  • Inzet op preventie van ziekte. Voor gratis collectieve sportscholen en andere sportfaciliteiten. Bestrijd stigma’s met betrekking tot mentale gezondheid.
  • Voor gelijkheid in de zorg. Bij medisch onderzoek moet er veel meer aandacht zijn voor verschillen in symptomen, klachten en werking van medicijnen of ingrepen die samenhangen met geslacht, leeftijd, cultuur of etnische achtergrond.
  • De farmaceutische industrie onder gemeenschapscontrole. Zo vindt geneesmiddelenonderzoek plaats op basis van menselijke behoefte en niet voor het maken van winst. Schaf alle bestaande patenten op geneesmiddelen af en geef er geen nieuwe meer uit. Zo wordt het overal mogelijk om hoogwaardige, moderne medicijnen tegen kostprijs te produceren.
  • Afschaffing van het huidige verzekeringsstelsel, naar een universeel centraal ziekenfonds onder democratische controle. Dit fonds moet progressief worden gefinancierd uit belastingen. Het fonds dekt alle kosten, het eigen risico wordt afgeschaft.
  • Ziekenhuizen, gezondheidscentra en andere zorg onder controle van het personeel en de gemeenschap die ze bedienen. We maken een einde aan de marktwerking in de zorg, en in plaats daarvan wordt zorg weer een recht onder democratisch beheer.
  • Verslavings- en daklozenzorg onder beheer van neutrale in plaats van religieuze instanties.
  • Stukken van de inspectie moeten openbaar zijn, waarbij privacy gevoelige informatie zoals patiëntendossiers wel beschermd wordt.
  • Deze inspectie moet actiever worden in het bespeuren van machtsmisbruik binnen de zorg, om zo tegen te gaan dat ze afhankelijk zijn van meldingen van kwetsbare cliënten. Inspectie gaat sneller over tot ingrijpen bij instellingen in het geval van misstanden en in uiterste gevallen sluiting.
  • Er wordt ingezet op meer betaalde ervaringsdeskundigheid in de zorg om de brug tussen cliënt en medewerker te verkleinen.

Cultuur

Onder het kapitalisme tellen kunstzinnige uitingen alleen als er geld mee verdiend kan worden. Kunstzinnige uitingen worden daarom gereduceerd tot een product om te consumeren, en de meeste mensen hebben de tijd en het geld niet om hun creativiteit te ontplooien. Daarnaast dragen veel culturele uitingen bij aan het versterken en verspreiden van de visie van de kapitalisten op de samenleving. Op die manier wordt de werkende klasse voortdurend geconfronteerd met maatschappijbeelden die niet stroken met de realiteit, maar die zij zich door de constante herhaling ervan wel eigen maakt. We zijn daarom voor het versterken en vergroten van eigen cultuuruitingen door de werkende klasse om de culturele hegemonie van de kapitalisten te doorbreken. Uiteindelijk zullen ook meer mensen zich artistiek kunnen ontplooien op het moment dat ze daar de (financiële) vrijheid voor hebben.

  • Onafhankelijke, socialistische mediakanalen en uitgaven.
  • Democratisering van publieke omroepen. Maak publieke omroepen daadwerkelijk publiek door deze te democratiseren, en breng deze onder verkozen leiding, onafhankelijk van kapitaal en de staat. 
  • Financiering voor lokale cultuurcentra.
  • Toegankelijke sport- en cultuurcentra. Voorzie in een breed scala aan sport en culturele centra onder controle en beheer van vertegenwoordigers die door de gebruikers daarvan zijn gekozen.

Emancipatie

Om een klassenloze samenleving te realiseren moeten we (een groot deel van) de klasse samen weten te brengen onder een gemeenschappelijk programma, en antagonismen binnen de klasse weten op te lossen of verminderen en politiseren. Om dit te bewerkstelligen zullen we, zeker gezien de autoritaire en reactionaire neigingen van een groot deel van de klasse, veel actiever dan voorheen bezig moeten met het praktiseren van solidariteit door sociale, culturele, economische en institutionele praktijken die de klasse splitsen gezamenlijk aan te pakken. Alleen zo kan de klasse leren voor zichzelf en voor elkaar op te komen, en belichamen en illustreren wat we willen veranderen.

Het kapitaal versterkt zijn positie ten opzichte van de werkende klasse door het tegen elkaar uitspelen van verschillende bevolkingsgroepen en profiteren van het voortbestaan en groei van splijtzwammen als seksisme, etnisch en nationalistisch chauvinisme, racisme, homohaat en validisme. Als socialisten streven we daarentegen naar een wereld vrij van onderdrukking, een wereld waarin iedereen zich thuis kan voelen en waar iedereen daar ook de materiële mogelijkheden toe heeft.

Veel schadelijke sociale verschijnselen als toxische masculiniteit en racisme worden door het kapitalistische systeem versterkt en dragen bij aan de instandhouding van het kapitalistische systeem. Idealen van mannelijkheid als “niet klagen” en “doorzetten” vergemakkelijken bijvoorbeeld uitbuiting van mannelijke arbeiders. Kwesties als nationalisme, etnisch chauvinisme en racisme verzwakken de eenheid van de werkende klasse en zorgen ervoor dat mensen die tot gemarginaliseerde groepen behoren gemakkelijker uit te buiten zijn. Daarnaast vergroot racisme steun voor imperialistische oorlogen en uitbuiting van de derde wereld. 

Het socialisme is een belangrijk onderdeel van de emancipatie van de mensheid. Bij de strijd voor een klassenloze maatschappij en tegen uitbuiting en dominantie komt echter meer kijken dan het verwerven van controle over de productiemiddelen en de staat en democratisering van de werkplek. Daarnaast laat de twintigste eeuw zien dat de arbeidersklasse moet optreden tegen pogingen die te splitsen door arbeiders tegen elkaar op te zetten en uit te spelen. Onderdrukking vindt plaats omdat je er in klassenmaatschappijen individueel baat bij kan (lijken te) hebben om je af te zetten tegen andere arbeiders – iets wat minder moeite kost dan om je te verenigen tegen de bezittende klassen. En die laatsten moedigen dat uiteraard ten zeerste aan, bijvoorbeeld door discriminatie te promoten via de staat. Onze klasse vormt geen homogene groep, maar is divers, en de strijd voor radicale gelijkwaardigheid is daarmee ook een strijd voor het eendrachtig optreden van de werkende klasse. We erkennen daarnaast dat chauvinisme en intolerantie helaas veel voorkomen, en zowel binnen als door de arbeidersbeweging bestreden moeten worden op manieren die solidariteit en emancipatie bevorderen.

De strijd tegen specifieke vormen van onderdrukking is noodzakelijk voor de eensgezinde strijd van werkende mensen voor gedeelde belangen. Het bestrijden van alle specifieke vormen van achterstelling en van alle vormen van privileges is in het belang van de gehele werkende klasse en leidt zodoende ook, door het versterken van haar positie, tot een verbetering in de materiële omstandigheden en het welzijn van de gehele klasse. Het is belangrijk om daarbij op een intersectionele manier te kijken hoe de verschillende vormen van achterstelling elkaar versterken en samen een raamwerk vormen dat de werkende klasse verdeelt. We erkennen daarnaast dat het voor een werkelijke bevrijding van iedereen uit alle vormen van achterstelling en onderdrukking noodzakelijk is om te voldoen aan alle levensbehoeften van iedereen, omdat je pas vrij kunt zijn als ook in je menselijke behoeften is voorzien. Basisbehoeften, zoals een veilige woonruimte, kleding, medische zorg en kwalitatief goed en voldoende eten, moeten een gegarandeerd basisrecht worden. Het gebrek hieraan houdt velen vast in ondergeschikte of kwetsbare posities, en de realisatie hiervan ligt dus aan de basis van werkelijke vrijheid van ondergeschiktheid. Socialisme en emancipatie van alle groepen gaan daarom hand in hand.

Feminisme

We staan als socialisten voor een socialistisch feminisme; voor een breuk met het patriarchaat, de dominantie van mannen in de samenleving, en voor vrouwenemancipatie. In Nederland zijn vrouwen formeel gelijkwaardig aan mannen, maar binnen het kapitalistische systeem is dit vooral een valse gelijkwaardigheid. Op het werk, thuis, in de vakbeweging, in politieke organisaties, in cultuuruitingen en in georganiseerde religie hebben vrouwen nog steeds te maken met ongelijkwaardigheid, discriminatie en onderdrukking. Vrouwen worden uitgebuit als goedkope arbeidskrachten en zijn thuis nog steeds, zonder vergoeding, buitenproportioneel verantwoordelijk voor het huishouden en de opvoeding, waardoor vrouwen een dubbele last dragen.

Vrouwenemancipatie, feminisme en het verdwijnen van gendernormen zijn dan ook geen kwestie voor alleen vrouwen. Net zoals het einde van de klassenuitbuiting een kwestie voor vrouwen is, zo is vrouwenemancipatie een kwestie voor de hele arbeidersbeweging. Vrouwen hebben hun eigen problemen en eisen, maar deze eisen gaan niet in tegen de eisen van de werkende klasse als geheel, maar ze versterken elkaar juist. De strijd voor socialisme en de strijd voor vrouwenemancipatie zijn daarom onlosmakelijk met elkaar verbonden.

Huishoudelijke taken zijn onbetaald maar wel noodzakelijk. Zo subsidiëren arbeidersgezinnen in feite het kapitaal. In de praktijk leidt dit tot een dubbele last, vooral voor vrouwen. Ook zorgt de huishoudelijke arbeid er in de praktijk vaak voor dat vrouwen minder tijd hebben om hun eigen inkomen te verdienen, waardoor ze, als groep, afhankelijk gemaakt worden van mannen. Dit is een essentieel onderdeel van de onderdrukking van de vrouw, en om de vrouw te bevrijden, moeten we haar eerst bevrijden van de huisarbeid.

  • Meerouderschap wordt erkend. Alle ouders die bij de opvoeding van het kind betrokken worden en erkende ouderschapsrechten hebben, hebben gelijk zeggenschap over het kind.
  • Vrije mogelijkheid tot abortus en vrije beschikbaarheid van anticonceptiemiddelen, en gratis beschikbare menstruatieproducten.  
  • Volledige steun en opvang voor iedereen die huiselijk geweld ontvlucht.  
  • Geen tolerantie voor grensoverschrijdend gedrag op de werkvloer, en geen tolerantie voor instanties die dit proberen te verhullen en in de doofpot laten verdwijnen
  • Zwangerschapsverlof uitbreiden naar 5 maanden, die vanaf 3 maanden voor de bevalling door de zwangere ouder opgenomen kunnen worden. Daarnaast volledig betaald ouderschapsverlof van 12 maanden voor alle ouders, om zo gelijkwaardigheid te bevorderen en een eerste band met het kind te scheppen, te gebruiken in de eerste 4 jaar. Alle ouders dienen het ouderschapsverlof op te nemen voor 3 maanden (voor de zwangere ouder kunnen de maanden van zwangerschapsverlof bij de verplichte 6 maanden meetellen). De niet gebruikte maanden kunnen niet naar de andere ouders overgemaakt worden, om heel scheve genderverhoudingen te voorkomen. Daarna recht op 6 maanden 70% betaald verlof te gebruiken tot het kind 10 jaar is. 
  • Om ouders en kinderen te beschermen tegen sociale isolatie en kinderen cognitief en sociaal te stimuleren, moeten er op wijkniveau gratis toegankelijke speelruimtes worden geregeld waar kinderen en ouders samen terecht kunnen, en anderen kunnen ontmoeten.
  • Recht op betaald verlof voor mantelzorg.
  • Gratis toegankelijke, publiek beheerde, 24/7 beschikbare kinderopvang.
  • Grote bedrijven moeten kinderopvang voor hun werknemers in hun gebouwen bieden.
  • Faciliteiten voor zogende ouders in de openbare ruimte en werk, zoals kinderdagverblijven dichtbij werkplekken. Ouders die borstvoeding geven, moeten op het werk en op openbare plekken toegang krijgen tot een ruimte waar ze zich desgewenst kunnen afzonderen om borstvoeding te geven of te kolven.
  • Openbare, goede kantines met lage prijzen. Zet wasserijen en huishoudelijke schoonmaakdiensten op die worden beheerd door de lokale en nationale overheid. Dit als eerste stappen naar een volledige socialisatie van het huishoudelijke werk.

Tegen etnische en andere chauvinismes, racisme en gedwongen segregatie

De bezittende klassen begrijpen maar al te goed dat je mensen makkelijker tegen elkaar kan uitspelen als er sprake is van religieuze of culturele verschillen, of van taalbarrières die samen optrekken en bewustzijn van je rechten bemoeilijkt. Dergelijke verschillen en problemen worden daarom door hen vergroot en benadrukt. Zo gebruikten zij bijvoorbeeld de verschillen in huidskleur, opleidingsniveau en de niet-christelijkheid van de inheemse bevolkingen van de Amerika’s en Afrika als argumenten om ermee weg te komen dat zij massaal en systematisch mensen tot slaaf maakten, verhandelden, verkrachtten, mishandelden en doodwerkten. Recenter lokten kapitalisten o.a. honderdduizenden Marokkaanse en Turkse mannen naar Nederland om hier tegen lage lonen en onder slechte werkomstandigheden te komen werken, wat lukte omdat deze arbeiders decennialang konden worden weggezet als “gast”arbeiders die – in tegenstelling tot hoe een goede gastheer gasten zou moeten behandelen – dus werden uitgebuit terwijl ze grotendeels werden doodgezwegen en buiten beeld gehouden. Iets vergelijkbaars geldt nu voor Oost-Europese arbeiders. Zo pogen kapitalisten keer op keer solidariteit te ondermijnen, en de aandacht af te leiden van gedeelde belangen.

Hier komt bij dat de bezittende klassen en de staat ook eeuwenlang weigerden om de levensstandaard van de inwoners van de door Nederland bezette en uitgebuite gebieden te verbeteren. Dit is ook nu nog een ding, omdat Nederland nog steeds onzinargumenten aanvoert om arbeiders hierheen te dwingen (bijvoorbeeld als ze hoger secundair en tertiair willen volgen), en inwoners van de resterende ‘overzeese gebieden’ een veel lager minimumloon en pensioen te geven vanwege een ‘lagere levensstandaard’. Vergelijkbare op vooroordelen rustende argumenten worden gebruikt om relaties tussen Nederlandse staatsburgers en mensen van buiten Europa (‘gelukszoekers’) te bemoeilijken.

Vanuit de overheid, openbare instellingen en bedrijven worden leden van gemarginaliseerde groepen geprofileerd en gediscrimineerd op de werkvloer, bij het zoeken naar huisvesting, bij de toegang tot basisdiensten en bij het verlenen van asiel. Racistische en discriminatoire houdingen komen op alle plekken in de samenleving voor, van scholen en openbare ruimten tot werkplaatsen en sportclubs. De arbeidersbeweging moet bouwen aan een beweging en samenleving waarin niemand als tweederangsburger wordt behandeld, waarin alle gezonde culturele praktijken naast elkaar kunnen bestaan, en waar mensen naast elkaar willen leven. Alleen zo kan de beweging haar huidige chauvinismes ontgroeien, en voorkomen dat de bezittende klassen ons opnieuw uit elkaar spelen.

Ons antiracisme gaat uit van de arbeidersbeweging en niet van het formele antiracisme van de staat in de vorm van gelijkheid voor de wet. Alleen de strijd voor socialisme kan etnische minderheden en migranten volledig emanciperen. Het kapitalistische systeem heeft een belang bij verdeeldheid en zal deze dan ook in stand houden. 

  • Bestrijding van alle discriminatie gebaseerd op etniciteit of cultuur door de overheid en private partijen. Vooroordelen, racistische tradities, en andere vormen van racisme dienen door de arbeidersbeweging zelf te worden bestreden. 
  • Iedereen vrij op Keti Koti. Instelling van nationale feestdagen en vieringen als symbolische en culturele erkenning van de bevrijding van (voormalige) koloniën en herdenking van het koloniaal verleden en de slavernij.
  • Gratis, toegankelijke en kwalitatief goede taallessen voor iedereen die de Nederlandse taal wil leren. Deze taallessen worden betaald vanuit de algemene belastinginkomsten, of door de werkplaats in het geval van arbeidsmigranten en hun familie. De taallessen worden georganiseerd vanuit de overheid.
  • Sluiting van alle detentiecentra. Naturalisatie van alle inwoners die dat willen.
  • Een volledig einde aan etnisch profileren, zoals nu onder andere gebeurt door politie, belastingdienst, enz.
  • Alle inwoners van tot Nederland behorende gebieden moeten toegang krijgen tot hoogwaardige culturele en nutsvoorzieningen op basis van behoeften vanuit de lokale gemeenschap. Als er wijken zijn gecreëerd waarin dat is vergeten, weggelaten of wegbezuinigd moet dat worden opgelost, met een specifieke focus op het creëren van sociale ontmoetingsplaatsen, plekken waar mensen samen kunnen koken, eten, en veilig kinderen kunnen opvangen en op niveau te laten spelen. Als er op lokaal niveau specifieke problemen bestaan zoals noodzaak voor taalonderwijs voor volwassenen, gezondheidszorg, geloofsbelijdenis of eenzaamheid, moeten er extra middelen beschikbaar worden gesteld om dat te ondervangen.
  • De woonvoorraad is nu extreem irrationeel verdeeld, grote huizen voor kleine gezinnen en vice versa, sterke sociale segregatie op etniciteit en (sub)klassestatus, siertuinen, enzovoorts, terwijl seizoensarbeiders en migranten in de bouw met soms 12 in een rijtjeshuis wonen. Dit moet rationeel worden herverdeeld.

LHBTQIA+

Homo’s, lesbiennes, biseksuelen, transgender personen, intersekse personen, enz. worden in onze maatschappij vaak vervolgd of achtergesteld. Ze worden weggezet als bedreigingen voor religieuze waarden, seksuele normen en het traditionele gezin. In de afgelopen decennia zijn grote stappen gemaakt in de richting van LHBTQIA+-emancipatie. Toch zijn zij nog steeds buitenproportioneel het slachtoffer van dakloosheid, discriminatie, pesterijen en geweld. De verworven rechten zijn vaak vooral toegankelijk voor de hogere sociale klassen, en sluiten vaak niet aan op de behoeften van LHBTQIA+-mensen uit de werkende klasse.

Bekrompen opvattingen verdelen de werkende klasse en dienen een autoritaire overheid die restricties oplegt op seksuele oriëntatie. De werkende klasse moet worden gemobiliseerd om seksuele vrijheden te verdedigen en te versterken. Wij strijden tegen seksueel geweld en uitbuiting, en vóór seksuele vrijheid. 

  • Seksuele vrijheid. Iedereen heeft het recht om seksuele en romantische relaties aan te gaan die zij willen aangaan, tenzij dit ingaat tegen de rechten van anderen.
  • Wijziging van geslachtsregistratie wordt gratis, en wijziging naar een andere geslachtsregistratie dan man of vrouw wordt mogelijk.
  • Geen discriminatie op basis van gender of seksuele voorkeur in arbeidsrelaties.
  • Volledige zelfbeschikking voor trans- en intersekse personen. Een diagnose is niet nodig voor medische transitie. Alle procedures en behandelingen worden vergoed. Zelfbeschikking betekent ook dat trans- en interseksepersonen geen behandelingen hoeven ondergaan als ze dat niet willen. Dit betekent een volledig verbod op medisch niet noodzakelijke operaties bij intersekse baby’s. Toegang tot transzorg moet verbeterd worden, en toegang tot puberteitsremmers moet makkelijker worden
  • Meer aandacht in het onderwijs voor scholing en begeleidende faciliteiten op alle seksuele gebieden, vrij van moralistisch oordelen. Hierin wordt ook het bestaan van LHBTQIA+-personen behandeld.
  • Wetten omtrent medische zorg en ingrepen onder beheer van een bond of commissie van de groep die het betreft. Denk hierbij aan vrouwenzorg onder beheer van vrouwen, transzorg onder beheer van transmensen, enz. Hiermee garanderen wij dat zij die het werkelijke inzicht en belang hebben op de behoefte, leidend zijn in de doorontwikkeling van de discussie en het beleid.
  • Het wordt verboden om niet noodzakelijke sekse-gerelateerde chirurgie uit te voeren bij intersekse babys. Het wordt eenvoudiger om een x te registreren bij babys waar de sekse onduidelijk is. Ook wordt het eenvoudiger om deze als interseke persoon eventueel te laten wijzigen.

Economische inrichting

Onder het kapitalisme is vrijheid een beperkt begrip. Hoewel twee eeuwen klassenstrijd een aantal politieke vrijheden bewerkstelligd heeft, is de arbeider op de werkvloer nog steeds afhankelijk van de verkoop van zijn arbeidskracht en heeft hij over het product niets te zeggen. Socialisten staan voor verregaande democratisering van de werkvloer en voor de volgende eisen ter verzwakking van de macht van kapitaal en de versterking van de kracht van de werkende klasse.

Belastingen

Door een onnodig complex stelsel van belastingvoordelen, indirecte belastingen (zoals de BTW), en belastingontwijking- en ontduiking verhult de overheid wie de meeste belasting betaalt. Hierdoor is Nederland een belastingparadijs geworden voor het (internationale) kapitaal. Wij staan voor een transparante staat. Sterk progressieve belasting op de inkomsten, het vermogen en erfenissen, met vrijstelling van minder vermogenden; afschaffing van alle belastingen op noodzakelijke behoeften. Wij verzetten ons ook tegen zogenaamde ‘vooruitstrevende’ heffingen, zoals de milieuheffing, die worden ingevoerd onder het mom van ‘de vervuiler betaalt’. In de praktijk betekent dit ‘wie kan betalen, mag vervuilen’. Schadelijke productie moet verboden worden in plaats van alleen toegankelijk worden gemaakt voor de rijken. Ditzelfde geldt voor heffingen op ‘slechte levensstijlen’ zoals de suikertaks of de vleestaks, deze zorgen vooral dat het levensonderhoud duurder wordt voor de werkende klasse in plaats van dat er daadwerkelijk stappen worden gemaakt om gezond en milieuvriendelijk leven goedkoper en aantrekkelijk te maken. 

  • Afschaffing van indirecte en regressieve belastingen zoals de BTW, milieuheffingen en accijnzen. Het verlies aan overheidsinkomen moet worden gecompenseerd door progressieve belastingen op hoge inkomens en vooral op hoge vermogens, winst en erfenissen.
  • Afschaffing van dividenduitkeringen en winstdelingen voor eigenaren en hoger management.
  • Verhoging van de erf- en schenkbelasting door een progressief belastingregime. Er moet een einde komen aan de dynastieke werking van kapitaal, waardoor rijke families zichzelf gedurende generaties in stand houden.
  • Beëindiging van het beleid van belastingparadijzen en speciale belastingregelingen. 
  • De gehele werking van het belastingstelsel volledig openbaar en begrijpelijk voor iedereen.

Nationalisatie

Het doel van het socialisme is het socialiseren van de gehele economie, dat wil zeggen dat de economie collectief bestuurd wordt. Dit wordt vaak gelijkgesteld aan nationalisatie van bedrijven, gehele sectoren, of zelfs de gehele economie. Dit zien wij echter als een illusie. Kapitalisme is een internationaal systeem en creëert dus ook een internationale werkende klasse. Dit betekent dat een alternatief op het kapitalisme internationaal moet zijn. Het opknippen van internationale bedrijven, of het onderbrengen van bedrijven bij een specifieke staat doet dit niet.

Het nationaliseren van delen van de economie brengt weliswaar een gedeelte in staatshanden, maar dit verandert niks aan het karakter van de staat. Een kapitalistische staat zal deze bedrijven ook gebruiken ten dienste van het kapitaal, of op kapitalistische wijze inrichten (zoals is gedaan bij de spoorwegen). Essentieel is waar de macht ligt in de genationaliseerde industrieën en in de samenleving. Deze moet bij de werkende klasse liggen.

Bepaalde basisvoorzieningen zijn zo desastreus vernietigd door privatisering dat opnieuw nationaliseren een (tijdelijke) oplossing kan bieden. Ook kunnen nationalisaties onder omstandigheden van massaontslag, kapitaalvlucht en dreiging van sluiting in het belang van de werkende klasse zijn.

  • Nationalisatie van bedreigde arbeidsplaatsen of industrieën onder arbeiderscontrole en -beheer. Tegen ontslagen.
  • Nationalisatie onder democratische arbeiderscontrole van grond en strategische sectoren zoals de financiële sector, hoge technologie, infrastructuur, energie en wapenindustrie.
  • Geen compensatie voor voormalige eigenaars. Pensioenfondsen zijn hiervan uitgezonderd.

Midden- en kleinbedrijf

Ondernemers in het midden- en kleinbedrijf, inclusief kleine boeren, vormen een laag van kleinburgers in de Nederlandse samenleving. Ze leiden een onzeker bestaan en zijn ondergeschikt aan het grootkapitaal. De kleinburgerij werkt alleen, of samen met familieleden of enkele personeelsleden. Een combinatie van de dreiging om failliet te gaan en de aspiratie om een grote kapitalist te worden, drijft ze om zichzelf en hun personeel af te beulen. Dit betekent dat veel van hen langere uren draaien en onder slechtere omstandigheden werken dan veel leden van de werkende klasse.

Elke laagconjunctuur in de kapitalistische economie bedreigt de kleinburgerij met financiële catastrofe. De werkende klasse heeft een politiek belang bij het verdedigen van de kleinburgerij tegen het misbruik en de manipulaties van het grootkapitaal en de banken. Hierdoor kunnen de arbeidsomstandigheden, baanzekerheid en de levensstandaard van werkers in het midden- en kleinbedrijf worden verbeterd.

  • Stimulatie van de vorming van productiecoöperatieven middels wetenschappelijk en technisch advies, onderzoeksfaciliteiten, administratieve infrastructuur, subsidies voor kapitaalinvesteringen, enz.
  • Garantie van de onmiddellijke betaling van rekeningen van grootkapitaal aan midden- en kleinbedrijf.
  • Verdediging van het vestigingsrecht voor midden- en kleinbedrijf door lage huren aan te houden, ook om verloedering van binnensteden tegen te gaan.
  • Een strikte handhaving van het arbeidsrecht in de MKB-sector. 
  • Annuleer schulden aan banken die het gevolg zijn van onredelijk hoge rentes.

Landbouw

Er moeten dringend grenzen worden gesteld aan de landbouwindustrie, die leidt tot immense externe kosten op economisch, sociaal, volksgezondheids-, dierenwelzijns- en milieuvlak vanwege de drang naar steeds toenemende productie. De biodiversiteit wordt aangetast in Nederland en in de derde wereld, waar landen worden onderworpen aan handelsovereenkomsten ten gunste van grote spelers in de landbouwketen. 

In de Nederlandse landbouwsector zijn er een aantal voor die sector specifieke problemen en omstandigheden. Waar andere sectoren worden gedomineerd door grote bedrijven, bestaat de landbouwsector bijna volledig uit zelfstandige boeren. Hierdoor is het niet mogelijk de bedrijven in de landbouwsector te collectiviseren onder bestuur van de daar werkzame arbeiders, zoals wel kan in andere industrieën, hoewel een collectief beheerde landbouwsector wel het einddoel blijft.

In Nederland dragen boeren meer risico dan andere spelers in de landbouwketen, en zijn ze genoodzaakt voor hen ongunstige voorwaarden te accepteren van grondstofleveranciers en veilinghuizen. Partijen voedsel worden per veiling verkocht. Als het aanbod te groot is, worden de partijen zonder of tegen zeer lage vergoeding ingevorderd en vernietigd door de veilinghuizen, het zogenaamde doordraaien van partijen. Zo kan het gebeuren dat als de oogst in Nederland te goed is, veel boeren dat jaar weinig of geen geld verdienen en er massaal voedsel wordt vernietigd. Zelfs als de partijen worden verkocht, liggen de grootste marges bij de veilinghuizen en supermarkten en ziet de boer relatief de minste inkomsten terug, hoewel hij wel de grootste kosten maakt en het grootste risico loopt.

Als strategie om een gezondere relatie op te bouwen tussen landbouw, gezondheid en milieu; en om voedselsoevereiniteit, biodiversiteit en dierenwelzijn te bevorderen, kiezen we voor een ecologisch verantwoorde landbouw, en voor de afschaffing van subsidies op pesticiden en kunstmest. Hoewel genetisch gemodificeerde organismen (GGO’s) nu nog vaak worden ingezet om planten vooral meer resistent te maken tegen pesticiden, kan gentechnologie ook worden ingezet voor het meer droogte-, hitte- of kouderesistent maken van gewassen. We zijn daarom niet noodzakelijkerwijs tegen alle GGO’s, maar zijn wel tegen GGO’s die de afhankelijkheid van grote spelers in de landbouwsector vergroten en GGO’s die er alleen op gericht zijn meer bestrijdingsmiddelen in te kunnen zetten.

  • Nationalisatie van de grondstofleveranciers voor de agrarische sector, zoals kunstmest-, veevoer-, zaad-, en werktuigproducenten, en garantie van betaalbare en eerlijke toegang tot deze middelen.
  • Nationalisatie van de veilinghuizen en garantie van een minimuminkomen voor boeren.
  • Steun voor de overgang naar een ecologisch verantwoorde landbouw, subsidies voor de productie van gezond voedsel en de intrekking van overheidssubsidies voor de landbouwindustrie. Een einde aan de bio-industrie, deze pleegt immers een zware slag op milieu en dierenwelzijn.
  • Stoppen met de praktijk van het vernietigen van voedsel.
  • Invoering van de mogelijkheid voor boeren om met hun bedrijf toe te treden tot een coöperatie en hiermee hun bedrijfsschulden kwijt te raken, met behoud van hun positie als boer op hun stukje land.
  • Opzetten van gemeenschappelijk landbouwbeleid gericht op de productie van gezond voedsel en een gezond sociaal weefsel op het platteland.

Natuur en klimaat

Het kapitalisme veroorzaakt een wereldwijde ecologische ramp. Hoewel de technologische vooruitgang die in dezelfde tijd opkwam als de ontwikkeling van het kapitalisme uitvindingen heeft gebracht als kunstmest, elektriciteit en vaccins die onze levensstandaard enorm hebben verbeterd en zaken als armoede en hongersnood gigantisch hebben teruggebracht, zitten we binnen het kapitalisme altijd op de grens van het maximaal uitputbare en veroorzaakt de noodzaak tot groei en winst op de korte termijn een ecologische catastrofe op de steeds minder lange termijn.

Centraal in onze analyse voor de noodzaak van een radicale vergroening van de economie staat dat we erkennen dat mensen een onderdeel zijn van de natuur en dat er niet gesproken kan worden van macht voor de werkende klasse als de leefomgeving van die werkende klasse niet meer leefbaar is. Als socialisten zijn we er daarom van overtuigd dat het voor de machtsovername door de werkende klasse uiteindelijk ook nodig is om radicale, dringende maatregelen ten behoeve van natuur en klimaat door te voeren. Ons doel is niet enkel het stoppen van de massale vernietiging van de natuur, het een halt toeroepen van het immense verlies aan biodiversiteit en het behoud van wat we nog hebben, maar ook het herstellen van de rijkdom van de natuur. We willen de door het kapitalisme veroorzaakte klimaatcrisis overwinnen en een nieuwe relatie opbouwen tussen mens, natuur en economie. Uiteindelijk willen we toe naar een geplande economie waar er geproduceerd wordt naar behoefte, met inachtneming van de ecologische consequenties en met het oog op de langetermijnbelangen van natuur, klimaat en biodiversiteit. Tot die tijd moeten we alle belangen ondergeschikt maken aan dwingende maatregelen ten bate van natuur en milieu.

Producenten van fossiele brandstoffen hebben veel economische en politieke macht door de grootte van de conglomeraten die de hele markt in fossiele brandstoffen beheersen. Het is daarom noodzakelijk deze bedrijven onder collectief beheer te brengen, om zo hun productie zo snel mogelijk naar nul te brengen. Om de dringende belangen van klimaat en natuur te kunnen respecteren, brengen we daarnaast de hele energiesector onder collectief beheer, omdat alleen dan kan worden voldaan aan de noodzaak om het hele energiesysteem om te bouwen. Voor het terugdringen van de CO2-uitstoot wenden we alle bewezen effectieve en veilige technologische middelen aan die we hebben.

Voor het radicaal terugbrengen van de CO2-uitstoot, is het ook nodig het transportsysteem verregaand te vergroenen, met een sterke vermindering van autogebruik. Hierom is het nodig om het openbaar vervoer te verbeteren, uit te breiden en gratis te maken. Alleen op die manier is het mogelijk om de belangen van de werkende klasse en het klimaat gelijktijdig te dienen. 

De klimaatcrisis is een manifestatie van de systeemcrisis van het kapitalisme en heeft een wereldwijde dimensie. Bij de overgang naar een groene economie moet worden gewaakt voor de belangen van natuur en arbeid in de derde wereld, waar veel grondstoffen die noodzakelijk zijn voor de productie en opslag van groene energie vandaan komen. Bij die productie worden grote stukken natuur kaalgeslagen en drinkwatervoorzieningen bedreigd, worden inheemse bewoners gedwongen verplaatst en komt kinder- en dwangarbeid geregeld voor. Wij uiten radicale kritiek op de rol die Nederland speelt in de vernietiging van de natuur, biodiversiteit en het klimaat in de wereld, en willen actief bouwen aan alternatieven met de volkeren van de wereld, in het bijzonder de landen van het derde wereld, door samenwerking en solidariteit. Onderdeel hiervan kan ook een economische bijdrage aan het verkleinen van de risico’s van de klimaatramp in de derde wereld zijn.

Een bijkomende dimensie in de noodzaak van het bestrijden van de klimaatramp die zich voltrekt, is de manier waarop er nu landbouw en visserij worden bedreven. De visserij slaat een zware slag op het zeeleven, en vormt een bedreiging voor het voortbestaan van diverse soorten en ecosystemen. Daarom moet de visserij radicaal worden teruggebracht, met eerlijke transitieprogramma’s voor degenen die in de visserij werkzaam zijn. De bio-industrie is afhankelijk van grote stukken grond om veevoer te verbouwen en is als zodanig niet alleen onethisch op het gebied van dierenwelzijn en het recht van dieren om een waardig leven te leiden, maar ook desastreus voor het klimaat. We zijn daarom voor een direct einde aan de bio-industrie door deze te verbieden, en een verbod op import van in de bio-industrie geproduceerde waren, en pleiten ervoor de grond die daardoor vrijkomt te laten verwilderen en zo weer ruimte te geven aan de natuur.

  • De uitstoot van broeikasgassen zo spoedig mogelijk naar nul. Hiermee wordt bedoeld dat de concentratie broeikasgassen in de atmosfeer niet verder mag stijgen.
  • Aanwending van alle bewezen effectieve en veilige technologische middelen die we hebben voor het beperken van de uitstoot van broeikasgassen.
  • Bescherming en versterking van bestaande natuur en creatie van nieuwe natuur waar mogelijk. Vergroot de biodiversiteit.
  • Openbaar vervoer gratis in gebruik en toegankelijk voor iedereen. We willen daarnaast het spoorstelsel en ander openbaar vervoer sterk uitbreiden. Reizen met openbaar vervoer geeft minder broeikasgasuitstoot dan persoonlijk vervoer en is gemakkelijk te elektrificeren.

Internationaal

Internationale crises vereisen internationale antwoorden

Het gaat socialisten om een wereldwijde strijd, alleen internationaal kunnen doelen als het opheffen van verschillen in welvaart en macht, tegengaan van oorlog, dictatuur en beschadiging van leefmilieu bereikt worden. Voor gezamenlijk verweer tegen grote multinationale bedrijven of tegen machtige imperialistische staten en aanpak van de klimaatcrisis is internationale samenwerking vereist, maar vaak zijn de bestaande internationale verbanden weinig democratisch. Te veel macht komt zo terecht bij weinigen. Het kapitalisme is een internationaal systeem en veel beslissingen worden genomen boven het niveau van de nationale staat. Ook wij dienen ons op een internationale schaal te organiseren. Ons uitgangspunt is de erkenning dat de belangen van de werkende klasse over de hele wereld uiteindelijk dezelfde zijn. Het kapitalisme is namelijk een internationaal systeem. Om die reden moet het ook internationaal worden bestreden. Daarom streven wij naar de oprichting van een nieuwe Internationale, een internationaal samenwerkingsverband van revolutionair socialistische partijen.

Dat het kapitalisme een internationaal systeem is, wil niet zeggen dat het zich in ieder land op dezelfde manier manifesteert. Nederland behoort tot de landen die rijk zijn geworden van slavernij en de koloniale en imperialistische uitbuiting van andere landen, in het bijzonder van Indonesië en Suriname. Hierdoor kon de heersende klasse de arbeidersklasse kruimels toe werpen, waardoor de Nederlandse arbeidersklasse, ondanks haar onderdrukking onder het kapitalisme, een relatief zeer hoge levensstandaard heeft gekregen.

Socialisten streven naar de bevrijding van de mensheid van het kapitalisme. Onder bepaalde omstandigheden kan de bevrijdingsstrijd van de onderdrukte massa’s zich echter allereerst richten tegen economische overheersing uit het buitenland of nationale of koloniale onderdrukking. In zulke gevallen zullen wij, zoals op ieder terrein, een klassenstandpunt innemen. Wij steunen het recht op zelfbeschikking, met inbegrip van het recht op afscheiding, de oprichting van een zelfstandige staat. Wij steunen de strijd tegen het imperialisme en kolonialisme, zelfs als deze in eerste instantie wordt gevoerd onder leiding van groeperingen die niet direct met het kapitalisme willen breken.

Europa is meer dan de EU

Als socialisten in Nederland zijn ontwikkelingen in Europa en binnen de EU voor ons van groot belang. Wij streven naar Europese samenwerking van de werkende klasse, en daarvoor is de Europese Unie een belangrijk politiek strijdterrein. Ons uitgangspunt is het internationaal versterken van sociale rechten en democratie, ten behoeve van de versterking van de positie van de werkende klasse ten opzichte van kapitaal. 

Daadwerkelijke socialistische veranderingen zijn onmogelijk binnen een geïsoleerde staat. Hierom is een Europees samenkomen van socialisten een cruciale stap in het winnen van de strijd om de politieke macht én in het opbouwen van een alternatief op het kapitalisme.

  • Onverdeelde vereniging van Europa, voor een Europese Democratische Republiek.
  • Vereniging van alle socialisten in een Socialistische Partij van de Europese Unie.
  • Versterking van de Europese dimensie van het vakbondswerk door Europa-brede campagnes. Het Europees Verbond van Vakverenigingen moet hierbij hervormd worden van een lobbyclub in Brussel naar een strijdorgaan van de werkende klasse onder democratische controle van vakbondsleden uit heel Europa.
  • We voeren één Europees minimumloon in.
  • Europese samenwerking op democratische basis, een einde aan EU-verdragen die beperkingen opleggen aan sociale politiek.
  • Versterking en democratisering van het Europees Parlement. Hef de Europese Commissie en Raad van de Europese Unie op en geef het Europees Parlement volledige parlementaire rechten.
  • Democratisch beheer van de Europese Centrale Bank, nationalisatie van alle banken in Europa.
  • Invoering van een gemeenschappelijk belastingstelsel, een gemeenschappelijk sociaal beleid en een gemeenschappelijk economisch beleid onder democratische controle.
  • Samenvoeging van de nationale schulden in een gemeenschappelijke Europese staatsschuld. Streep interne Europese schulden tegen elkaar weg. Voor het annuleren van oneigenlijke schulden.
  • Beëindiging van subsidies voor de grote landbouwindustrie en het dumpen van landbouwproducten op de wereldmarkt. Dit beleid ondermijnt de landbouw in de derde wereld. Steun aan kleine, milieuvriendelijke boeren, landschapsbehoud en milieuverbetering moet blijven.

Migratie

Gezien de realiteit van klimaatverandering en verwoestijning in combinatie met door kapitalisten en handelsverdragen afgedwongen grondonteigening en oorlog, is migratie een gegeven, dat alleen kan worden beperkt door verbetering van de leefomstandigheden. Dat gezegd is massamigratie ook in barre tijden de uitzondering, omdat veel mensen extreem gehecht zijn aan hun thuis, familie en kennissenkring, nog los van dat het extreem kostbaar en riskant is om te migreren. Om al die redenen is het van belang om te proberen ons deel te doen om het elders makkelijker te maken, bijvoorbeeld door moderne ‘enclosure’ door Europese investeerders en grondspeculanten te bestrijden.

Veel arbeiders in Nederland hebben een achtergrond elders in de wereld. Migratie is vaak het resultaat van armoede, gebrek aan mogelijkheden, oorlog of achtervolging. Kapitaal gaat zonder barrières over heel de wereld. Socialisten zijn principieel voor de vrije beweging van mensen en tegen maatregelen die voorkomen dat mensen landen kunnen binnengaan of verlaten.

Nederland is het land van alle inwoners van ons grondgebied. Wij pleiten voor het opbouwen van een beleid van naturalisatie, respect voor de gezinseenheid van de werkende klasse, inclusie en integratie voor de opbouw van een divers, inclusief thuisland met kansen voor iedereen, ongeacht afkomst.

  • Voor open grenzen en voor Europese financiering van hoogwaardige opvang, huisvesting, zorg, (taal)onderwijs en maatschappelijke integratie inclusief passend werk.

Internationalisme & solidariteit

Onze strijd in Europa is een essentieel onderdeel van het streven om de werkende klasse wereldwijd aan de macht te brengen. Wij streven naar de formatie van een socialistische internationale die de werkende klasse wereldwijd verenigt. Een wereldwijde democratische republiek is de concrete uitdrukking daarvan, waarin verschillende nationaliteiten op gelijkwaardige basis geïntegreerd zijn. In de basis verwerpen wij dus reactionaire afscheidingsbewegingen. Wij verdedigen democratische rechten wanneer vraagstukken van onderdrukking van nationaliteiten en nationale zelfbeschikking opkomen. Echter zijn deze tactische vraagstukken van ondergeschikt belang aan het doel van gelijkheid tussen nationaliteiten en de democratische republiek. Socialisten zijn tegen elke imperialistische oorlog, tegen imperialistische bondgenootschappen en tegen bezettingen. De NAVO is een instrument voor de verdediging van de belangen van de rijke staten, kapitalisme en imperialisme. 

Wij staan voor vreedzame verandering, maar we zijn geen pacifisten. In oorlogen moeten socialisten altijd aan de kant van de werkende klasse staan, zeker in revolutionaire burgeroorlogen voor de macht van de werkende klasse. Bij imperialistische oorlogen hebben wij niks te winnen, en alles te verliezen. Daarom zullen wij ons inzetten om de voorbereidingen op oorlog door de gevestigde orde te ontmaskeren, net als de leugens van imperialisten en de illusies die worden gevoed door imperialisme. Het is de taak van socialisten om de breed gedragen behoefte aan vrede te koppelen aan de noodzaak tot fundamentele verandering. Uiteindelijk kan enkel via de ontwapening van de kapitalistische klasse het gevaar van oorlog voorgoed worden bezworen. 

De wereld werd en wordt beheerst vanuit Europa en Noord-Amerika en onderworpen aan (neo)koloniale uitbuiting. Deze uitbuiting wordt versterkt door de politieke en economische overheersing van verarmde landen door rijke landen en door imperialistische politiek die deze ongelijkheid in stand houdt. Zo berusten economische structuren in de derde wereld veelal op lage lonen, slechte arbeidsomstandigheden en afhankelijkheid van westerse afzetmarkten. Veel handelsverdragen en handelsrelaties dragen bij aan het bevorderen van afzetmarkten voor rijke landen of het goedkoop houden van uit de derde wereld afkomstige grondstoffen. Hiermee wordt het historisch kolonialisme voortgezet. Nog steeds gaan grote geldstromen vanuit arme landen naar aandeelhouders in rijke landen. Hierdoor blijven veel mensen gevangen in armoede.

  • Ontmanteling van het militair-industrieel complex. De relatie tussen verschillende legers wereldwijd en de wapenindustrie zorgt ervoor dat deze organisaties geld kunnen verdienen aan oorlog, en dus een belang hebben bij het voortbestaan van oorlog. Daarom zijn wij voor de ontmanteling van dit militair-industrieel complex. Verwijder en vernietig alle nucleaire, biologische en andere massavernietigingswapens, om te beginnen in Volkel.
  • Nederland uit de NAVO. Dit is een eerste stap naar ontbinding van de NAVO en andere imperialistische militaire blokken.
  • Beëindiging van internationale wapenhandel. Deze leidt tot groei van oorlog en terrorisme.
  • Omvorming van de diplomatieke dienst naar een dienst die werkt aan internationale solidariteit met onderdrukten en assistentie aan hen die in het buitenland in de problemen (dreigen te) komen. De diplomatieke dienst werkt daarbij in het openbaar, geheime overeenkomsten worden openbaar gemaakt. Assistentie aan het kapitaal wordt stopgezet.
  • Kwijtschelding van alle staatsschulden van ontwikkelingslanden.
  • Beëindiging van dwingende, unilaterale economische en handelssancties tegen andere landen.
  • Praktische en politieke steun vanuit de arbeidersbeweging in Nederland en Europa aan de arbeidersbeweging elders.
  • Uittreding uit de Verenigde Naties, het IMF, Wereldhandelsorganisatie en de Wereldbank. Herziening van handelsverdragen.